STOCKHOLM – Koning Carl Gustaf van Zweden heeft in zijn kersttoespraak vrijdag onder meer stilgestaan bij de stroom vluchtelingen die in de wereld op de vlucht zijn en waarvan een deel een veilig onderkomen en een nieuwe toekomst zoekt in Zweden. Ook zei hij dat de onrust in de wereld dicht bij Zweden is gekomen op een manier “die we in ons land lange tijd niet hebben meegemaakt.”
Het lange kerstweekeinde was een goede gelegenheid “de tijd te nemen om na te denken over het afgelopen jaar en onze verwachtingen voor het komende jaar te formuleren”, aldus koning Carl Gustaf, die in 1972 als kroonprins zijn eerste rede hield in plaats van zijn zieke grootvader koning Gustaf VI Adolf.
De koning blikte in zijn toespraak terug op belangrijke gebeurtenissen in het bijna voorbije jaar, zoals de terreuraanslagen in Parijs en de aanval op een Zweedse basisschool in Trollhättan in oktober. “De aanvallen raakten ons allen enorm. En ze deden ons beseffen hoe kwetsbaar we zijn. De openheid en het vertrouwen, die tot nu toe onze samenleving hebben gekenmerkt, zijn niet altijd vanzelfsprekend. Ook niet in Zweden. We moeten die waarden koesteren en er voor opkomen”, aldus Carl Gustaf in zijn radioboodschap.
Duisternis en angst
“Ja, er is duisternis en angst in onze tijd. Maar dat neemt niet weg dat het minstens zo belangrijk is om kennis te nemen van alle punten van licht en elkaar eraan te herinneren dat we ook goede redenen hebben om hoop en vertrouwen voor de toekomst te voelen”, voegde hij eraan toe.
Dat had hadden koningin Silvia en hij ook op persoonlijk vlak, met de zwangerschap van dochter kroonprinses Victoria en schoondochter prinses Sofia. Twee gebeurtenissen waar het koningspaar enorm naar uitkeek.