Vier leiders van het studenten- en jongerenprotest in Thailand hebben zich maandag moeten melden op een politiebureau in Bangkok. Daar kregen ze formeel te horen dat ze worden beschuldigd van majesteitsschennis.
Dat zouden ze in september hebben begaan bij een demonstratie op het koninklijk veld Sanam Luang naast het Grand Palace. Als de vier schuldig worden bevonden dan wacht hen een gevangenisstraf van vijftien jaar.
Eén van de vier, Anon Nampa, vertelde Thaise media na afloop van het bezoek aan het bureau dat hij zich geen zorgen maakte en dat hij zich voor de rechter zou verdedigen. Panusaya ‘Rung’ Sithijirawattanakul verklaarde dat de studenten niet tegen de monarchie zijn en deze ook niet willen afschaffen, maar alleen willen hervormen.
Volgens de meestal zeer streng uitgelegde wet op majesteitsschennis is alleen al het bespreken van zaken als hervorming van de monarchie strafbaar. “Maar deze beschuldigingen houden ons niet tegen”, aldus Panusaya.
De wet op majesteitsschennis is de afgelopen twee jaar op aandringen van de nieuwe koning Vajiralongkorn aanvankelijk niet gebruikt. Premier generaal Prayut Chan-o-cha, tegen wie de protesten in eerste aanleg waren gericht, heeft echter kort geleden gezegd alle middelen te zullen gebruiken om een einde te maken aan de demonstraties. Het weer afstoffen van deze in het verleden vaak gebruikte wet hoorde daar ook bij.
