Koning Felipe gaat andermaal een paar onrustige maanden tegemoet nu premier Pedro Sánchez donderdag voor de tweede keer binnen 48 uur in het parlement geen steun kreeg om een regering te vormen. Daarmee is een klok in werking gezet die Spanje in november voor de vierde keer in vier jaar naar de stembus kan sturen indien er uiterlijk op 23 september geen meerderheid is voor een nieuwe premier.
Pedro Sánchez van de sociaaldemocratische PSOE won de parlementsverkiezingen in april, maar kreeg geen meerderheid in het parlement. De zoektocht naar medestanders of tenminste gedoogsteun van met name het linkse Unidas Podemos strandde op de wederzijdse eisen van PSOE en Podemos, die niet met elkaar konden worden verenigd.
Afgelopen dinsdag werd in het parlement de eerste vertrouwensstemming gehouden, waarin moest blijken of Sánchez de steun had van ten minste 176 van de 350 parlementsleden. De teller bleef steken bij 124, één meer dan de PSOE zetels heeft, terwijl hij 170 stemmen tegen kreeg. Donderdag had Sánchez voldoende aan meer voor- dan tegenstemmers, maar opnieuw kwam hij niet verder dan 124, met dit keer 155 tegenstemmers en 67 onthoudingen.
Sánchez zal nu snel een afspraak maken met koning Felipe, die op het punt stond om met vakantie te gaan, om te zien hoe het verder moet. Als er inderdaad opnieuw verkiezingen komen, dan is Felipe het komende halfjaar of langer aan huis gebonden, om op afroep beschikbaar te zijn voor overleg.