In aanwezigheid van de Noorse koning Harald zijn dinsdag in het Koninklijk Paleis in Oslo prijzen of eerbewijzen uitgereikt aan twee leden van de Koninklijk Garde. Normaal gebeurt dat wanneer de koning de Garde inspecteert, maar omdat dit ceremonieel vanwege de coronamaatregelen naar het najaar moest worden verplaatst, vond het eerbetoon aan de militairen dit keer binnen plaats.
Koning Harald (83) hield daarbij ook gepaste afstand tot de gardisten. Die kregen hun tekenen van waardering voor bijzondere verdiensten uit handen van Garde-commandant Vegard Flom. Voor gardist en muzikant Daniel Haugen was dat het zogenoemde ‘horloge van de Garde’, als beloning “voor onvermoeibare werkinspanning, uitstekende prestaties en professionele vaardigheden, alsmede een zeer goed vermogen tot samenwerking en communicatie.” Flom gespte het uurwerk persoonlijk om de arm van Haugen.
Ook een tweede lid van het muziekkorps van de Garde kreeg een onderscheiding, namelijk luitenant en squadroncommandant Mads Østereng Bakken. Hij ontving onder toeziend oog van de koning uit handen van Flom een sabel, vernoemd naar Brigadier Leif Schanche.
Koning Harald is sinds de uitbraak van de coronacrisis begin maart slechts een beperkt aantal keren naar buiten getreden. Hij heeft de meeste openbare optredens overgelaten aan zijn zoon kroonprins Harald, die ook bijna dagelijks ijverig achter de computer plaatsnam om te videobellen. Harald heeft wel op de nationale feestdag 17 mei een korte, onaangekondigde rijtoer gemaakt, waardoor hij voor de Noren toch even zichtbaar was.