Noorwegen moet dit jaar, net als Nederland eerder op Koningsdag, de viering van de nationale feestdag een geheel nieuwe invulling geven. Kroonprins Haakon belde donderdag rond in het land om van de feestcomités in Alta, Bergen en Lillehammer te horen hoe ze zondag 17 mei, de dag van de grondwet, gaan inkleuren.
Wat kroonprins Haakon te horen kreeg, stemde vrolijk. Traditionele elementen zoals de kinderoptochten en andere grote publieksevenementen kunnen vanwege de coronacrisis geen doorgang vinden, maar in de verschillende delen van Noorwegen is naarstig gezocht naar alternatieven om toch iedereen bij de nationale feestdag te betrekken.
In Alta, in het besneeuwde hoge noorden van Noorwegen, gaan onder meer zes muziekkorpsen en vier koren de stad door om overal muziek ten gehore te brengen. Normaal gebeurt dat op zo’n twaalf punten, nu op wel 54 en het aantal stijgt nog, zo vertelde de vertegenwoordiger van het comité aan Haakon. “Ik denk dat we nu meer mensen zullen bereiken dan anders”, aldus cultureel directeur Tor Helge Reinsnes Moen.
Wij houden van dit land
Lillehammer kiest ook voor veel muziek, maar voegt er dit jaar een optocht van oldtimers aan toe, waarvoor al 71 auto’s zijn aangemeld. Die gaan een lange rit maken door de gemeente, en het comité rijdt zelf mee in een oldtimerbus, vertelde commissievoorzitter Martha Knopp. Vaste elementen, zoals de 17 mei-toespraak zijn digitaal te volgen. In Bergen wordt voor het eerst een optocht gehouden op het water, onder leiding van de kustwacht en de reddingsmaatschappij. De traditionele kranslegging gaat wel door, maar dan zonder publiek.
In de hoofdstad Oslo wordt het terrein rond het koninklijk paleis, normaal gesproken het centrum van de festiviteiten, zondag afgegrendeld om samenscholingen te voorkomen. Wel speelt de Koninklijke Lijfwacht daar om 13 uur het Noorse volkslied. Het is de bedoeling dat heel Noorwegen op dat tijdstip het ‘Ja, vi elkser dette landet’ (Ja, wij houden van dit land) meezingt, zoals in Nederland op 27 april en 4 mei op veel plaatsen ’thuis’ het Wilhelmus werd gezongen.