DEN HAAG – De belangstelling voor een bezoek aan de Oranjezaal in Paleis Huis ten Bosch is zo groot dat het Rijksvastgoedbedrijf, voorheen de Rijksgebouwendienst, mogelijk duizenden mensen zal moeten teleurstellen. De komende twee maanden, vanaf maandag, kunnen 25.000 bezoekers terecht in de zaal.
Bij de eerste ronde waarin op internet kaarten konden worden gereserveerd waren er al 28.000 aanvragen. Bij die eerste ronde zijn zo’n 6500 entreebiljetten toegekend voor de openstelling. Die dag kunnen op internet ook weer kaarten worden aangevraagd.
In de Oranjezaal, een pronkstuk uit de Gouden Eeuw, kan het publiek steeds in groepjes van twintig voor twintig minuten onder begeleiding terecht. Er geldt zowel op het paleisterrein als in de zaal een voor de 21e eeuw bijna onmogelijke beperking: er mag niet worden gefotografeerd en dat verbod zal worden gehandhaafd, werd vrijdag gezegd toen de media een voorbezichtiging kregen. Het verbod is mede om reden van veiligheid. In de zaal zijn de schilderingen te kwetsbaar.
In goede banen
Om het bezoek in goede banen te leiden is bij de hoofdingang aan de Benoordenhoutseweg extra parkeerruimte gecreëerd en voor het paleis is een grote portakabin geplaatst als toilet- en ontvangstruimte. Vandaar uit worden de bezoekers naar binnen geleid.
De Oranjezaal is een huldeblijk van Amalia van Solms aan haar overleden echtgenoot stadhouder Frederik Hendrik en geldt als een topstuk van de Nederlandse kunst uit de zeventiende eeuw. Dat de zaal nu is te bezichtigen, heeft te maken met de verbouwing van andere delen van Huis ten Bosch, waardoor het tijdelijk niet in gebruik is als koninklijk woonpaleis en er gelegenheid is publiek toe te laten.
