Koning Willem-Alexander houdt bij zijn streekbezoeken een straf tempo aan. Hij houdt er van op één dag zoveel mogelijk van een regio te zien, waarbij dan voor lange en diepgaande gesprekken geen tijd is maar er wel veel indrukken worden opgedaan.
Anders dan zijn moeder koningin Beatrix, last de koning ook geen lunchpauzes in, maar eet hij een broodje in de koninklijke bus waardoor tijdwinst wordt gemaakt. Dat is maandag bij het streekbezoek aan de noordwesthoek van Friesland niet anders.
Burgemeester Tom van Mourik van de Friese gemeente Menameradiel had het koningspaar in het dorp Wier 38 minuten op bezoek in een tomatenkwekerij waar kandidaat-werknemers leren en ervaren hoe het is om in de glastuinbouw aan de slag te gaan, met het oog op regulier werk.
Erehaag
De plaatselijke schooljeugd moest enkele fikse regenbuien trotseren om het koninklijk bezoek te zien, maar het wachtten in de regen werd uiteindelijk beloond. Bij vertrek van het paar was het even droog en door de erehaag van kinderen deelde Willem-Alexander royaal ‘high fives’ uit, daarmee zichzelf ook een weg banend.
Vanuit Wier ging het koninklijk gezelschap naar Franekeradeel, waar in het dorp Tzummarrum gesproken wordt over het behouden van de leefbaarheid in een gebied waar de bevolking vergrijsd en het aantal inwoners afneemt. Wooncomplex Nij Bethanië, dat wordt herontwikkeld, dient daarbij als voorbeeld.
Na Tzummarrum staat hoofdplaats Franeker op het programma, met een visite aan het net heropende Eise Eisinga Planetarium en daarna gaan koning en koningin per koets naar het beroemde kaatsveld ‘It Sjûkelân’ voor een kaatswedstrijd voor scholieren van de basisschool.