Prinses Mabel heeft zaterdag in Zuid-Afrika afscheid genomen van bisschop en antiapartheidsactivist Desmond Tutu. Ze woonde als enige van de Nederlandse koninklijke familie de uitvaartplechtigheid bij in St. George’s Cathedral in Kaapstad.
De plechtigheid was op aanwijzingen van Tutu zeer sober gehouden. Het lichaam van de afgelopen zondag op 90-jarige leeftijd overleden geestelijke heeft een aantal dagen in de kathedraal gelegen, zodat Zuid-Afrikanen afscheid van Tutu konden nemen.
Tutu werd een van de voornaamste figuren in de campagnes tegen apartheid, mede omdat het regime hem niet gevangen durfde te zetten. De bisschop was het hoofd van de anglicaanse kerk in zuidelijk Afrika en internationaal vermaard als een tegenstander van het gebruik van geweld in de strijd. Hij groeide uit tot een nationale held in het land van bijna zestig miljoen inwoners. President Cyril Ramaphosa zei in de kathedraal in zijn rede dat Tutu het morele kompas en nationale geweten was. “Hij was een kruisridder in de strijd voor vrijheid, vrede, gerechtigheid en gelijkheid. Als mens was hij nederig en dapper.”
Wereldberoemd
St. George’s Cathedral kwam onder meer door Tutu en zijn preken bekend te staan als ‘de kathedraal van de mensen’ en werd een symbool van de strijd tegen rassenscheiding en voor de democratie. Tutu werd wereldberoemd wegens zijn geweldloze strijd tegen apartheid en won in 1984 de Nobelprijs voor de Vrede. Apartheid ontstond eind jaren veertig in Zuid-Afrika en was gericht op rassenscheiding waarbij de blanke minderheid het voor het zeggen had. De apartheidswetten werden in 1991 afgeschaft en drie jaar later volgden vrije verkiezingen voor alle Zuid-Afrikanen. Tutu bleef ook daarna politiek actief om de bevolkingsgroepen te verzoenen.
De eenvoudige kist met de stoffelijke resten van Tutu werd na de dienst de kerk uitgedragen om de geliefde geestelijke elders in kleine kring te cremeren. Zijn as keert later terug naar de kerk, waar de urn wordt bijgezet, niet ver van zijn spreekgestoelte.