ISLAMABAD – Pakistan is op de goede weg om ervoor te zorgen dat de hele bevolking toegang krijgt tot financiële diensten. Er zijn echter nog veel uitdagingen te overwinnen en toegankelijkheid is niet voldoende. Het gaat ook om gebruik. Dat was dinsdag de rode draad in de boodschap die koningin Máxima in Islamabad uitdroeg op de eerste dag van haar VN-werkbezoek aan het Aziatische land.
Máxima is op bezoek in haar hoedanigheid als speciaal pleitbezorger voor ‘inclusieve financiering voor ontwikkeling’. Ze helpt landen er voor te zorgen dat met name de armere bevolking een bankrekening kan openen, geld kan storten en overmaken, sparen en een verzekering sluiten. In Pakistan heeft slechts 11 procent van de volwassen bevolking toegang tot een bank. De regering wil dat cijfer in 2020 opgekrikt hebben naar vijftig procent. Vorig jaar is daarvoor een nationaal actieplan gepresenteerd dat met het bezoek van Máxima en Wereldbank-president Jim Yong Kim dinsdag een nieuwe impuls kreeg.
De hele dag stond in het teken van gesprekken over de Pakistaanse goede voornemens, obstakels, regelgeving en bereikte resultaten. De koningin gebruikte daarvoor zoals bij haar VN-bezoeken gebruikelijk, een lange reeks aaneengeschakelde rondetafelgesprekken, waarbij ze zelf in haar zwaar bewaakte hotel in Islamabad van vergaderzaal naar vergaderzaal pendelde. Ook stond er een ontmoeting op de agenda met premier Nawaz Sharif, met wie ze haar eerste indrukken van het bezoek besprak.
Woensdag gaat Máxima in onder meer Rawalpindi kijken hoe een aantal projecten voor betere toegankelijkheid met name voor vrouwen in de praktijk uitpakt.
