Koningin Máxima vond dinsdagmiddag bij het Jordaanse koningspaar een gewillig gehoor voor haar ervaringen als VN-pleitbezorger op het gebied van het verbeteren van de toegankelijkheid van financiële diensten. Dat vertelde de koningin aan het slot van haar tweedaagse bezoek in een gesprek met de meegereisde media.
“De koning en koningin waren heel geïnteresseerd”, zei koningin Máxima over koning Abdullah en koningin Rania. Met hen had ze in het paleis Bait Al Urdun – het huis van Jordanië – een gesprek en privélunch. Koning Abdullah nam de twee koninginnen, die elkaar met een omhelzing hadden begroet, zelf in zijn Mercedes mee van de ontvangstruimte naar zijn huis.
“We hebben het al eerder over mijn werk gehad”, aldus Máxima. Jordanië heeft economisch moeilijk tijden doorgemaakt door al het strijdgewoel langs zijn grenzen. Financiële toegang voor iedereen is een manier om te zorgen voor meer groei en vooruitgang, legde de koningin uit. Het was een open gesprek geweest, aldus Máxima, die ook pijnpunten had kunnen aanstippen. “Dat kan onder vrienden.”
De koning kreeg de boodschap mee dat Jordanië de nodige machinerie – regelgeving en plannen – heeft om meer mensen toegang te geven. “Maar nu moeten we zorgen dat het ook van de grond komt”, zei Máxima. “Als dat gebeurt, dan kan ik pas tevreden zijn met de resultaten van dit bezoek.”
