Koning Willem-Alexander en koningin Máxima gebruiken dinsdag op Prinsjesdag voor de derde achtereenvolgende keer de Glazen Koets om van en naar de Ridderzaal te rijden. Dit pronkstuk uit de Koninklijke Stallen vervangt de bij het grote publiek bekendere Gouden Koets. Die is vanwege een grondige en langdurige restauratie niet beschikbaar.
Bij het uit de dienst nemen van de Gouden Koets, een geschenk van de Amsterdamse bevolking aan koningin Wilhelmina bij haar inhuldiging in 1898, is niet gezegd wanneer de opknapbeurt zal zijn afgerond. Of dat nog zal zijn voordat het parlement een aantal jaren een ander onderkomen heeft en ook de Ridderzaal vanwege de volgens planning in 2020 beginnende renovatie van het Binnenhof niet kan worden gebruikt, is daarom niet duidelijk. Een eerdere restauratie van de Glazen Koets duurde zeven jaar.
De Glazen Koets is geheel uit elkaar gehaald en de verschillende onderdelen worden verspreid over Nederland en soms ook in het buitenland geïnspecteerd, hersteld en weer van glans voorzien.
Vakmensen
Dat is precisiewerk, blijkt uit een kort kijkje achter de schermen dat de NOS op Prinsjesdag uitzendt. De renovatie van het rijtuig wordt door koning Willem-Alexander uit zijn eigen begroting betaald. De precieze kosten zijn niet openbaar gemaakt, maar in 2015 werd een schatting gemaakt van minstens 1,2 miljoen euro.
De vakmensen die zijn ingeschakeld hebben in veel gevallen eerder ook gewerkt aan de restauratie van de veel oudere Glazen Koets, die tussen 1821 en 1826 werd gemaakt in opdracht van koning Willem I. Zijn achterkleindochter Wilhelmina was om die reden ook maar moeilijk te vermurwen om deze koets bij de opening van het parlementaire jaar in te ruilen voor de in haar ogen te opzichtige en minder historische Gouden Koets.