Koning Willem-Alexander en koningin Máxima hebben tijdens hun staatsbezoek aan Indonesië samen met het Indonesische presidentspaar in het paleis in Bogor niet staan kijken naar de verkeerde kris. Dat stelt het Nederlandse Nationaal Museum van Wereldculturen. Er wordt volgens het Indonesische tijdschrift Temp door enkele experts namelijk getwijfeld of de tentoongestelde en in februari aan Indonesië teruggegeven dolk wel de juiste is.
“Gedurende het onderzoek naar de kris werden diverse experts geconsulteerd, waaronder historici, krissenexperts en herkomstonderzoekers uit binnen- en buitenland”, schrijft het museum in een verklaring. “Ook werden de voorlopige conclusies van het onderzoek voorgelegd aan de experts die door de Indonesische regering hiervoor waren aangewezen en die de kris in februari uitvoerig zelf hebben onderzocht. Ook zij onderschreven de uitkomsten.”
De dolk werd in 1831 door kolonel Jan Baptist Cleerens overhandigd aan koning Willem I met een brief waarin staat dat de kris van de Indonesische prins Diponegoro (1785-1855) is geweest. De kris die is teruggegeven is volgens het museum de enige uit de Nederlandse collectie die voldoet aan de beschrijving in de brief aan Willem I.
Het steekwapen lag in het Museum Volkenkunde in Leiden. Diponegoro, de oudste zoon van de toenmalige sultan van Yogyakarta, was een verzetsheld tijdens de Java-oorlog tegen het Nederlands koloniaal bestuur. Hij werd in 1830 gevangengenomen en wordt in Indonesië gezien als nationale held. Tijdens zijn gevangenschap kreeg hij in 1837 bezoek van prins Hendrik, zoon van koning Willem II.
De kris werd uitgestald bij de ontvangst van het koningspaar in het presidentieel paleis. Willem-Alexander en Máxima bekeken de dolk nadat de koning zijn verklaring had gehouden waarin hij excuses aanbood voor Nederlandse excessen tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog.