Koning Willem-Alexander en koningin Máxima zijn donderdag aan het einde van de middag vertrokken uit Parapat, aan het Tobameer. In konvooi ging het gezelschap naar Medan aan de noordoostkust van Sumatra. Daar staat het regeringsvliegtuig klaar voor terugkeer naar Nederland.
Het koningspaar had eerder op de dag geen gebruik gemaakt van het toestel voor de overtocht vanuit Jakarta naar het vliegveld van Silangit. Dit om de bemanning geen overuren te bezorgen, waardoor deze niet meer zou mogen vliegen, en omdat de kleine nieuwe luchthaven de voor in de EU geregistreerde vliegtuigen benodigde certificering nog niet heeft.
Op en rond het grootste meer van Zuid-Oost Azië werkten koning en koningin in rap tempo met auto en boot een programma af dat was gericht op behoud van de kwaliteit en de natuur van het meer en de ontwikkeling van duurzaam toerisme. Zo werd op het eiland Samosir onder meer het Silima Lombun eco-dorp bezocht, waar de koningin probeerde met haar hand kemirinoten stuk te slaan. “Mijn vrouw slaat hard”, wist Willem-Alexander, maar de noten vereisten toch meer techniek.
Het bezoek aan Sumatra was een dag naar voren geschoven vanwege het bootongeluk op Kalimantan enkele dagen eerder. Het ongeluk, waarbij zeven mensen het leven verloren, hadden bij de koning herinneringen opgeroepen aan de aanslag in Apeldoorn in 2009. De impact was ook nu groot omdat de mensen die omkwamen bezig waren het koninklijk bezoek mogelijk te maken. In overleg met Indonesië is besloten niet naar Kalimantan te gaan en het programma om te gooien en meteen ook te bekorten.