DASUNGE – Koning Willem-Alexander en koningin Máxima hebben zondagmiddag op de eerste dag van hun staatsbezoek aan China geleerd waaraan ze een gelukkige koe kunnen herkennen.
Dat gebeurde in een megastal van het Chinees-Nederlandse zuivelexpertise- en ontwikkelingscentrum (SDDDC) in Dasunge, even buiten Peking. In dit centrum werken Nederland en China samen om de kwaliteit van de zuivelproductie in China te verbeteren. Gelukkige koeien horen daarbij.
In een gepassioneerd betoog leerde trainer Joep Driessen het koningspaar de belangrijkste ‘koeiensignalen’. Zo is aan de al of niet ingevallen achterkant van een koe te zien of het dier genoeg eet en duiden schaafwonden op problemen. Een boer die de signalen of het gedrag herkent, kan zijn koeien gezond houden en gezonde koeien leven langer.
Levensduur
De gemiddelde levensduur van een koe is in China 2,5 jaar, in Nederland gaat het al richting zeven jaar. Oudere beesten stoten minder methaan uit (wat ontstaat bij het verteren van voedsel) en hebben daardoor minder schadelijke gevolgen voor het milieu.
Nederland heeft veel kennis op dit gebied en de Chinezen willen daarvan leren om de eigen zuivelindustrie te laten groeien. Niet alleen in omvang maar ook in kwaliteit en veiligheid.
FrieslandCampina en Universiteit Wageningen werken in het dorp buiten de hoofdstad samen met onder meer de Agrarische Universiteit van China, en ook met de Rabobank die boeren leert hoe te investeren. Dat was lange tijd een staatszaak, maar nu moeten ze het zelf doen. De opgedane kennis zorgt ook voor een statusverhoging van de boeren, die in de Chinese maatschappij weinig aanzien hebben.