Koning Willem-Alexander en koningin Máxima krijgen tijdens het staatsbezoek aan Zuid-Afrika met een bezoek aan het Slave Lodge Museum en het Apartheid Museum een stukje slavernijverleden van het land voorgeschoteld. Een goede zaak, vindt Anne Marieke van der Wal, docent Afrikaanse Geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Want de rol van Nederland in het koloniale verleden van Suriname en het Caribisch gebied is inmiddels een veelbesproken onderwerp, maar de daden van Nederland in Zuid-Afrika zijn in Nederland een stuk minder bekend.
Het slavernijverleden van Zuid-Afrika gaat terug tot aan 1658, zes jaar nadat de Nederlandse koopman Jan van Riebeeck en de VOC zich vestigden aan Kaap de Goede Hoop. Hij haalde tot slaaf gemaakte mensen uit onder meer het huidige Madagascar, Mozambique en Indonesië naar Zuid-Afrika, een barre tocht over zee die velen niet overleefden. “In Zuid-Afrika werkten de tot slaaf gemaakte mensen vaak in kleinere groepjes verspreid over boerderijen, niet op massale plantages zoals in Suriname”, legt Van der Wal uit. “Maar de kolonie was groot en de slavernijperiode was lang, dus het totale aantal tot slaaf gemaakten was uiteindelijk bij elkaar heel hoog.”
Dat het stukje geschiedenis minder bekendheid heeft dan dat van Suriname of het Caribisch gebied, is volgens Van der Wal te verklaren. “Er wonen ten eerste veel meer Surinamers en Antillianen in Nederland dan Zuid-Afrikanen die een stem en geweten kunnen zijn van dit verleden. Daarnaast is het slavernijverleden in Suriname echt een gedeelde geschiedenis voor de gehele bevolking. Dat is in Zuid-Afrika niet zo, omdat slavernij hier alleen in de Kaap plaatsvond.”
Excuses
Daarnaast werd er tijdens het apartheidsregime weinig over het onderwerp gesproken, er lag een groot taboe op. Daar is sinds 1994 verandering in gekomen. Een grote groep Zuid-Afrikanen zou graag zien dat de Nederlandse koning excuses aanbiedt voor specifiek het verleden in Zuid-Afrika, zo stelt Van der Wal. “Er is ook zeker nog sprake van wrok richting Nederland. Zo stelde de voormalig president van Zuid-Afrika, Jacob Zuma, ooit eens dat ‘de komst van Van Riebeeck het begin van alle problemen in Zuid-Afrika’ was.”
Er zullen zeker Zuid-Afrikanen zijn die zich aansluiten bij de woorden van voormalig president Zuma, benadrukt Van der Wal. Maar er zullen ook Zuid-Afrikanen zijn die genoegen nemen met de woorden die de koning eerder dit jaar uitsprak. Uiteindelijk is het aan de nabestaanden van de tot slaaf gemaakten of de excuses van de koning voor het gehele slavernijverleden voldoende zijn, besluit ze.