Koning Willem-Alexander beslist pas nadat de restauratie van de Gouden Koets is afgerond of hij deze blijft inzetten op Prinsjesdag. Dat antwoordde hij vrijdag tijdens de persontmoeting in de tuin van paleis Huis ten Bosch op de vraag of de koets nog wel kon worden gebruikt gezien het door velen als kwetsend ervaren ‘koloniale’ zijpaneel.
“Ik volg de discussie, maar neem er niet aan deel”, zei Willem-Alexander, die de Gouden Koets in “volle glorie” hersteld wil zien. Aan de restauratie van de in 1898 aan koningin Wilhelmina ter gelegenheid van haar inhuldiging door Amsterdam geschonken koets wordt sinds 2016 gewerkt. De koning had de verschillende argumenten gehoord, maar wacht tot het rijtuig is gerestaureerd.
Aan de linkerkant van de koets is door de Amsterdamse schilder Nicolaas van der Waay een huldeblijk van de toenmalige koloniën afgebeeld, met een onder meer knielende zwarte man namens Suriname en de Antillen. Een afbeelding die aan het einde van de negentiende eeuw ‘normaal’ was, maar die in het huidige tijdsgewricht afschuw oproept.
In de Tweede Kamer is negen jaar geleden door toenmalig SP-Kamerlid Harry van Bommel al gevraagd om de koets een plek te geven in een museum en de laatste keer dat de Gouden Koets werd gebruikt, op Prinsjesdag in 2015, waren er protesten tegen de inzet. De koning rijdt sinds 2016 in de eerder al gerestaureerde, veel oudere Glazen Koets.