Koning Willem-Alexander heeft twee bijzondere weken beleefd in Australië en Nieuw-Zeeland. Dat zei hij woensdag in Auckland, aan het einde van zijn twee ‘zeer succesvolle’ staatsbezoeken’ aan ‘bijna letterlijk de andere kant van de wereld’.
Hoewel de fysieke afstand met Nederland groot is, voelden Australië en Nieuw-Zeeland tegelijk ook aan als ‘heel dicht bij huis’. Niet alleen door de grote groepen Nederlandse migranten, maar ook omdat ‘we er veel waarden mee delen’.
Australië en Nieuw-Zeeland zoeken in een onzekere wereld naar houvast en naar een stabiele en betrouwbare partner. Nederland is zo’n partner, en dat de goede contacten ‘in goede tijden en in slechte tijden’ van nut zijn, bleek na het neerhalen van vlucht MH17, vertelde de koning. Door de crash kwamen behalve veel Nederlanders ook tientallen Australiërs om het leven. Beide landen werken samen het onderzoek naar de achtergronden van het neerschieten van het toestel.
Samenwerking
Nederlandse en Australische militairen hebben in het Afghaanse Uruzgan goed samengewerkt en de contacten die toen waren gelegd konden meteen worden benut. De Australische luchtmacht had dan ook een belangrijke rol gespeeld bij de repatriëring van de stoffelijke resten van de slachtoffers, zei hij.
Koningin Máxima benadrukte dat Nederland niet alleen een gezamenlijk verleden had met beide bezochte landen, maar ook een gemeenschappelijke toekomst. Haar dochters, zo vertelde ze ook, vonden dat ze nu wel lang van huis waren geweest, maar dat was ook normaal.