Waar prinses Beatrix in haar tijd als koningin vrij gereserveerd was, heeft koning Willem-Alexander zich de afgelopen tien jaar een stuk jovialer opgesteld. De twee verschillen dan ook behoorlijk van elkaar qua koningschap, vindt historicus Han van Bree, die gespecialiseerd is in het Nederlandse koningshuis. “Je moet als staatshoofd ver weg blijven van de gedachte: de regels gelden niet voor mij. Dat kon Beatrix een stuk beter dan haar zoon.”
Koning Willem-Alexander zit dit jaar tien jaar op de troon. Op 30 april 2013 volgde hij zijn moeder, prinses Beatrix, na 33 jaar op. In een interview zei de koning het zelf al eens: hij vervult zijn rol meer zoals zijn oma, koningin Juliana, dat deed. Dat is iets waar Van Bree het mee eens is. “Willem-Alexander en Juliana wilden allebei gewoon gevonden worden, dat komt sterk overeen”, vertelt hij. “Het wordt ook wel op prijs gesteld als vorsten gewoon doen, maar ze mogen niet gewoon zijn. Ze moeten wel voldoen aan een bepaalde fictie, een beetje mystiek blijven. Dat deed Beatrix dan weer veel beter: zij hield zich met de hogere kunsten bezig. En dus niet met voetbal.”
Waar koning Willem-Alexander de afgelopen jaren soms voor best wat controverse heeft gezorgd – zoals de vakantie naar Griekenland en het handen schudden tijdens de coronacrisis – is Beatrix behoorlijk vrij gebleven van schandalen. Zij beschikt over die “voelsprieten”, aldus Van Bree. “Zij is zich heel erg bewust geweest van: hoe ga ik dit soort dingen voorkomen.”
Minister-president
De discussiepunten rondom koning Willem-Alexander vonden echter vooral plaats in de tweede helft van zijn koningschap. “Misschien heeft hij de afgelopen vijf jaar ook gewoon pech gehad met een minister-president die niet ingrijpt. Die hoort de koninklijke familie te beschermen en is de eerste verantwoordelijke”, aldus Van Bree. “Ruud Lubbers leek wel iets meer tegengas te geven aan Beatrix dan dat Rutte dat nu doet bij Willem-Alexander.”
Of de koning het koningschap de komende jaren anders zal uitvoeren, is de vraag, volgens Van Bree. “Voor een vorst is het belangrijk dat je datgene doet wat dichtbij je ligt, zodat je echt overkomt en zelf gelooft in de rol. En ik weet niet of Willem-Alexander dat doet”, zegt hij. “Hij moet soms misschien iets beter naar zijn raadgevers luisteren, en wat meer tegengas krijgen. Maar je neemt jezelf mee in het ambt: dus het zal altijd een beetje zo blijven.”