De restauratie van de Gouden Koets ligt op schema. Enorme tegenvallers en of onaangename verrassingen zijn er niet geweest. De verwachting is dat het ontmantelde rijtuig in de loop van 2021 weer in elkaar kan worden gezet. Dat vertelde Stalmeester Bert Wassenaar in de aanloop naar Prinsjesdag, waar dinsdag voor het vierde achtereenvolgende jaar de Glazen Koets wordt ingezet om het koningspaar van en naar de Ridderzaal te brengen.
Bij de aanvang van de restauratie is met opzet geen einddatum gegeven. “We willen er geen druk op zetten”, aldus Wassenaar die in de hofhouding fungeert als een soort minister van transport. Als richtlijn gebruikt Wassenaar echter de opknapbeurt van de uit 1826 stammende Glazen Koets. Die nam zeven jaar in beslag. Toen dat rijtuig was gerestaureerd en er daarmee een gelijkwaardige vervanger voor handen was, kon eind 2015 het werk beginnen aan de Gouden Koets. Die is in 1898 door de Amsterdamse bevolking geschonken aan koningin Wilhelmina.
Wassenaar wilde niet zeggen of de Gouden Koets op Prinsjesdag 2021 kan worden gebruikt. Dat zal de tijd moeten leren. De restauratie verloopt echter voorspoedig. “Voordat je de koets uit elkaar haalt, weet je niet wat je aantreft. Maar de conditie van de Gouden Koets was nog goed. De koets is natuurlijk met 121 jaar nog relatief jong”, zei de Stalmeester. Specialisten uit binnen- en buitenland werken sinds anderhalf jaar aan de koets, waarvoor bij de Koninklijke Stallen in Den Haag ook een restauratieruimte is ingericht.
Op dit moment neemt daar onder anderen houtrestaurateur Yvonne Nijlunsing de wielen en ornamenten van de koets onder handen. “Ik moet ieder kiertje of scheurtje opvullen, maar wel met dezelfde soort hout die oorspronkelijk is gebruikt en dat verschilt”, aldus Nijlunsing. Ze heeft daarbij meer werk aan de buitenkant van de wielen dan de binnenkant. “Het buitenwerk is veel meer beschadigd.”