Het was zeker niet alles goud dat er blonk toen de Gouden Koets de afgelopen jaren door de straten van Den Haag reed. Dat wordt overduidelijk in de documentaire over de restauratie van de koets, die woensdagavond wordt uitgezonden op NPO2. Er was sprake van houtrot, scheuren in de zijpanelen, kapot leerwerk, roestvorming en kieren tussen banden en wielen, om maar een paar gebreken van het pronkstuk uit de Koninklijke Stallen te noemen.
Restauratie was hard nodig, maar dat was niet eenvoudig, zo laat het door Etienne Glebbeek en Esmeralda Böhm gemaakte programma zien. Een cameraploeg heeft sinds 2016 vijf jaar lang over de rug van restauratoren en personeel van het Staldepartement mee kunnen kijken hoe specialisten diverse onderdelen restaureerden, renoveerden of reconstrueerden, naar gelang wat nodig was. Steeds moest een zorgvuldige afweging worden gemaakt.
Koning Willem-Alexander wilde dat ‘zijn’ koets weer gebruiksklaar zou zijn. Dat bracht beslissingen met zich mee die voor een rijtuig dat voorgoed in een museum zou verdwijnen anders zouden uitgevallen. “Wat ik heb gedaan is voor een rijdende koets. Anders zou ik dit niet hebben gedaan. Voor een museum laat je de situatie zoals die nu is”, zegt Ulrike Müllners, specialist goudborduren tijdens haar werk aan de bekleding van de bok.
Museum
Het is ook de reden waarom de wielen zijn aangepakt, ondanks aanvankelijke reserves van de directeur van de Koninklijke Verzamelingen. “Moet dat echt? Voor één jaarlijks ritje van een kilometer?”, wilde hij weten. Voor de veiligheid zou het wellicht niet noodzakelijk zijn, maar voor het behoud van de Gouden Koets wel. “Ze hebben me overtuigd”, aldus Flip Maarschalkerweerd.
Toch is het volgens textielrestaurator Emmy de Groot onvermijdelijk dat de koets op de lange termijn in een museum belandt. Textiel is nu eenmaal vergankelijk. “Licht, temperatuur, vochtigheid spelen een rol en als je de koets gebruikt is het onmogelijk de situatie stabiel te houden.” Over haar eigen bijdrage aan de restauratie van de binnenkant van de koets is ze nuchter. “Als je het goed doet, zie je er niks van. Je moet als restaurator niet ijdel zijn. Het mag niet opvallen dat het gerestaureerd is.”
Debat
In de documentaire zorgt houtrestaurator Yvonne Nijlunsing die het bovenstuk van de koets thuis bezorgd krijgt voor spannende momenten wanneer ze van één van de vrouwenfiguren een deel van het been moet afzagen. “Het moet eerst stuk, voor het beter kan”, zegt ze, zichtbaar opgelucht dat de operatie is geslaagd.
De Gouden Koets heeft vanwege het zogenoemde ‘slavenpaneel’ ook tegenstanders. Het zijpaneel in kwestie toont donkere mensen uit de koloniën die producten en geschenken overhandigen aan een witte jonge vrouw die Nederland verbeeldt. Dit blijft in het programma niet onbesproken. “We moeten onze gemeenschappelijke geschiedenis niet wegstoppen, de koets kan een debat entameren”, aldus Kathleen Ferrier, oud-Kamerlid en dochter van de eerste president van Suriname.
“De koets is een wonder van vakmanschap”, concludeerde Glebbeek aan het einde van de vijfjarige klus, die voor hem eindigde met de overbrenging vorige week van het rijtuig naar het Amsterdam Museum waar Willem-Alexander donderdag een tentoonstelling over de koets opent.