Koningin Máxima heeft donderdagochtend de Spaanse koningin Letizia meegenomen naar een instantie die voor Máxima heel belangrijk is: de organisatie MindUS. De koninginnen, vooral Letizia, hoorden bij LAB6 in Amsterdam over de inzet van de organisatie voor de mentale gezondheid van jongeren.
Directeur Frederieke Vriends en bestuurslid Arne Popma, die Máxima lachend “de founding mother” van MindUS noemden, verzorgden de introductie. Sinds de oprichting ongeveer twee jaar geleden is Máxima betrokken bij de organisatie en ze stelde haar Spaanse gast enthousiast voor aan de mensen van MindUS. De koningin en de organisatie kennen elkaar goed: Vriends vertelde dat zij en de koningin elkaar ongeveer twaalf keer per jaar zien.
Máxima vertelde enthousiast over de onderwerpen die haar na aan het hart liggen. “Maar in Nederland kennen we een gezegde: succes heeft vele vaders en moeders. Dus ik deed dit zeker niet alleen”, benadrukte ze tegen Letizia. “We luisteren veel naar de jongeren. Zij geven ons richting.” Ze vertelde Letizia ook dat er volgens haar meer aandacht moet komen voor meisjes met mentale problemen. “Over het algemeen gaat het slechter met meisjes dan met jongens, bijvoorbeeld door hoe ze zichzelf zien.”
Meer aandacht
Voor de Spaanse Letizia is mentale gezondheid zeker geen onbekend onderwerp. “Investeren in de geestelijke gezondheidszorg is de garantie voor een welvarendere, eerlijkere en rechtvaardigere toekomst voor alle mensen”, zei ze afgelopen oktober tijdens een bijeenkomst voor World Mental Health Day. “Omdat we allemaal beperkingen, wantrouwen, angsten en onzekerheden hebben, hebben we hulpmiddelen nodig om het leven aan te kunnen.”
Het bezoek ging ook over de aandacht voor mentale gezondheid op scholen en de hoge cijfers rond dergelijke problemen bij jongeren. Letizia vroeg zich af of de genoemde cijfers specifiek over Nederland gingen of over de situatie wereldwijd. Voordat de organisatie van MindUS kon reageren, had Máxima haar antwoord al paraat: “Dit is wereldwijd. Maar in Nederland verdient het ook zeker meer aandacht.”