Een terugkeer van de Formule 1 naar Zandvoort is haalbaar, maar wordt wel een financiële megaklus. Dat zegt prins Bernhard, mede-eigenaar van het racecircuit in Zandvoort. Uit een onderzoek dat is uitgevoerd in opdracht van het circuit en de gemeente Zandvoort blijkt dat er geen onoverkomelijke technische, organisatorische en logistieke hobbels zijn. De onzekerheid zit vooral in de financiële haalbaarheid.
“Het is haalbaar en dat is gaaf. Het is mogelijk onze droom waar te maken en datgene te realiseren wat iedereen in Nederland wil: Max Verstappen wereldkampioen zien worden in Zandvoort”, aldus de prins, die niet weet wanneer eventueel de eerste Grand Prix van Nederland na 1985 kan worden gehouden.
“Ik heb gekscherend wel eens gezegd dat we weer een race in 2020 willen, maar dat is denk ik niet reëel. We hebben eerst nog veel tijd nodig om financieel draagvlak te vinden en daar is een breed consortium voor nodig met daarin niet alleen het circuit en de gemeente Zandvoort, maar ook met sponsors en overheden die middelen beschikbaar moeten stellen”, aldus Bernhard.
Een onzekere factor is de medewerking van Liberty. De eigenaar van de Formule 1 stelt veel eisen die ook veel geld kosten en moet Zandvoort ook de race gunnen. “Maar dan verwijs ik naar de enorme schare fans van Verstappen. Liberty kijkt daar zeker naar”, zegt de tweede zoon van prinses Margriet en Pieter van Vollenhoven.