Met een ‘leve Luxemburg, leve Europa’ heeft groothertog Henri van Luxemburg dinsdagmorgen zijn toespraak ter gelegenheid van de officiële viering van zijn verjaardag besloten. Hij sprak aan het slot van een korte plechtigheid bij het nationaal oorlogs- en verzetsmonument op de Kanounenhiwwel, niet ver van de Luxemburgse regeringsgebouwen.
Henri sprak naast de eeuwige vlam die de gevallenen uit de Tweede Wereldoorlog eert, over de afgelopen maanden waarin Luxemburg ook werd getroffen door de coronapandemie. Net als tijdens de oorlog toonde de bevolking solidariteit aldus de groothertog, die daarmee het thema herhaalde van de eerdere speeches van premier Xavier Bettel en parlementsvoorzitter Fernand Etgen.
De groothertog bedankte ook de tienduizenden grenswerkers die hadden meegeholpen om Luxemburg tijdens de coronacrisis op de been te houden en in een persoonlijke noot herinnerde hij aan het familiegeluk door de geboorte vorige maand van kleinkind prins Charles, nu tweede in de lijn van troonopvolging. “Charles garandeert de continuïteit van de dynastie”, aldus Etgen eerder.
Kapjes
Het was een sobere plechtigheid bij het monument, waar slechts een handvol genodigden was toegelaten om de gewenste onderlinge afstand te kunnen bewaren. Henri arriveerde even na 11.00 uur, en werd met mondkapje op verwelkomd door premier, parlementsvoorzitter en burgemeester. Tijdens de toespraken kon de gezichtsbedekking af, maar bij het vertrek, terwijl in de verte 21 saluutschoten klonken, gingen de kapjes weer op.
De bijeenkomst was het enige programmaonderdeel van de nationale feestdag dat onder de coronamaatregelen was gehandhaafd. “Het is een feestdag als nooit tevoren”, wist ook premier Bettel. “Zonder fakkeloptocht, zonder vuurwerk, zonder samenkomst in de Philharmonie en zonder Te Deum.”