Groothertog Henri van Luxemburg is ondanks het eerder dit jaar bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd voorlopig niet van plan om af te treden. Dat zei hij in een interview met Luxemburger Wort wegens zijn 20-jarig regeringsjubileum op 7 oktober. “Het is niet mogelijk om in tijden van crisis af te treden, dat is niet mogelijk. Dat zou zijn als een overgave”, aldus de 65-jarige groothertog.
Het Luxemburgse vorstenhuis kent net als Nederland de traditie van een staatshoofd dat na een lange regeringsperiode met pensioen gaat. Zo volgde Henri in 2000 zijn afgetreden vader groothertog Jean die 36 jaar op de troon had gezeten. Jean was toen echter al 79 jaar en de jongste van de kinderen in het gezin van Henri was inmiddels al acht jaar. Dit situatie doet zich nu niet voor. Troonopvolger Guillaume (38) is in mei net pas vader geworden en Henri gunt hem ook tijd om zijn zoontje prins Charles groot te brengen.
Henri sprak zich uit over het afgelopen jaar waarin het groothertogelijk paleis in een wervelstorm belandde door een kwaadaardige geruchten over het reilen en zeilen aan het hof. “De groothertogin en ik waren geschokt door de geruchten die de ronde deden. Ik werk al twintig jaar aan de modernisering van het Groothertogelijk Hof, waarin een zeer sterke weerstand tegen verandering is ontstaan”, zei Henri. Premier Xavier Bettel besloot uiteindelijk de gang van zaken te laten onderzoeken en aan de hand van het onderzoeksrapport, dat voor Henri en zijn vrouw niettemin pijnlijk uitpakte, wordt de hoforganisatie nu aangepakt.
In een terugblik op zijn regeringstijd zei Henri dat die niet in een enkele zin is samen te vatten. De wereld was de afgelopen twintig jaar wel veranderd en het leven was steeds sneller geworden, mede dankzij tal van technologische ontdekkingen. Sociale media boden nieuwe mogelijkheden aldus Henri, maar zorgden ook voor nieuwe gevaren.
