Keizerin Masako heeft maandag de zorg voor de keizerlijke zijdeteelt op zich genomen. Daarmee zette ze een in 1871 begonnen traditie voort, waaraan met name haar schoonmoeder keizerin Michiko de afgelopen jaren veel plezier beleefde en ook grote zorg besteedde.
Vanwege de coronacrisis was de zogenoemde Goyosan Hajime no Gi-ceremonie, het begin van het nieuwe zijdeseizoen wel aangepast. Zo kreeg de keizerin maar hulp van één paleismedewerker en werd dit jaar maar één soort zijderups uitgezet op de eikenbladeren in de keizerlijke Momijiyama Cocoonery: de zogenoemde Koishimaru-rups
Dat is een variëteit die keizerin Michiko weer tot ontwikkeling heeft gebracht en waar het keizershuis zeer zuinig en trots op is. Het is overigens geen productieve zijderups: de productie is minder dan 500 meter zijdedraad per rups, tegenover wel 1500 meter voor andere soorten, zoals Hakken, Ouken en Tensan die normaal ook worden uitgezet.
Geschenk
De keizerlijke zijde, die ook door de keizerin wordt geoogst, wordt onder meer gebruikt als een bijzonder en persoonlijk geschenk dat het keizerspaar aan buitenlandse gasten cadeau doet of aanbiedt voor gebruik bij de restauratie van bijzonder zijdewerk in tempels.
Keizerin Michiko bemoeide zich in 2018 voor het laatst met de zijdeteelt en heeft toen haar schoondochter Masako ook uitgenodigd om een kijkje te nemen zodat ze de traditie kon voortzetten. Vorig jaar was er geen directe keizerlijke bemoeienis met de teelt omdat de plechtigheden rond de troonswisseling alle aandacht opeisten.
