De vrouw van prins Harry, Meghan, had kunnen verwachten dat de handgeschreven brief die ze aan haar vader stuurde na haar huwelijk in mei 2018, gepubliceerd zou worden. Dat betoogden advocaten van de tabloid Mail on Sunday dinsdag in een tussentijdse zitting. Dit is een van de Britse kranten die door de hertog en hertogin van Sussex voor de rechter is gedaagd.
Volgens het boulevardblad had de hertogin publicatie van de brief aan haar vader – waarin ze schreef dat hij haar hart in een miljoen stukjes had gebroken – kunnen verwachten. Aan de rechtbank vertelden de advocaten dat Meghan de brief heeft geschreven hoewel ze zich er bewust van was dat de brief in de toekomst gepubliceerd kon worden.
De hertogin klaagde de uitgever van de tabloids Associated Newspaper Limited (ANL) aan omdat de krant Mail on Sunday in februari 2019 een “vertrouwelijke, persoonlijke” brief aan haar vervreemde vader Thomas Markle publiceerde. Daarmee schonden Mail on Sunday en MailOnline haar privacy, stelde Meghan.
Volgens de advocaat van ANL heeft de hertogin echter geen goede grond om haar privacy op deze manier te verdedigen. Omdat Meghan op dat moment actief lid was van de koninklijke familie, was publicatie van de brief van relevant maatschappelijk belang.
Meghans advocaten houden vol dat de publicatie van de brief “een duidelijke en ernstige inbreuk op de privacy” is. De brief is volgens haar advocaten “intrinsiek een privézaak”. De publicatie ervan is volgens hen op geen enkele manier “van openbaar belang”.