Koningin Elizabeth heeft er via een wet voor gezorgd dat haar privévermogen niet openbaar werd gemaakt, zo heeft The Guardian ontdekt. Uit een reeks regeringsmemo’s die in het Nationaal Archief zijn opgedoken, blijkt dat een advocaat van de koningin druk uitoefende op ministers om een wetsvoorstel te wijzigen en zo te voorkomen dat haar aandelenbezit openbaar werd gemaakt.
De nieuwe wet zorgde er in de jaren 70 voor dat bedrijven transparantie moesten geven over wie aandelen bij hen heeft. Door een clausule die op aandringen van de advocaat van de koningin werd opgenomen, kon de regering bepaalde bedrijven vrijstellen van de verplichting de identiteit van aandeelhouders bekend te maken. De investeringen van onder andere staatshoofden en regeringen konden zo geheim blijven, en dus ook die van de Queen.
Het vermogen van koningin Elizabeth, die sinds dit weekend 69 jaar de kroon draagt, bleef door de clausule tot ten minste 2011 geheim. Die investeringen liepen via een ‘slapend bedrijf’ dat vier jaar geleden stopte. Wat er met de aandelen is gebeurd die het bedrijf namens anderen hield, is nooit openbaar gemaakt. De hele omvang van de rijkdom van de Queen is daardoor ook nooit bekendgemaakt, maar wordt geschat op honderden miljoenen ponden.
Het paleis reageert op de eigen website dat het “een reeds lang bestaande conventie” is dat de koningin een wetsvoorstel moet goedkeuren voordat dat een wet wordt. Hiermee wordt de koningin gewaarschuwd wanneer wetgeving van invloed kan zijn op het koninklijke gezag of de privébelangen van de kroon. Constitutionele geleerden beschouwen de toestemming over het algemeen als een ondoorzichtig maar ongevaarlijk voorbeeld “van de praal die de monarchie omringt”, schrijft The Guardian.