Prins Charles heeft zondagmorgen als eerste een krans gelegd bij de Cenotaph, het Britse oorlogsmonument in Whitehall. Hij deed dat namens zijn moeder koningin Elizabeth, die van het balkon van het ministerie van Buitenlandse Zaken toekeek. Het was voor het tweede achtereenvolgende jaar dat de Queen de krans niet meer zelf plaatste.
De 92-jarige koningin werd op het balkon geflankeerd door Camilla, de echtgenote van Charles, en door de hertogin van Cambridge, Catherine. Prins Philip (96) ontbrak voor het eerst. Hij is vorig jaar aan het einde van de zomer met pensioen gegaan. Philip was daarna in november nog wel bij de herdenking, maar heeft dit jaar geen officiële publieke activiteiten ondernomen. Op een ander balkon stond Meghan, de hertogin van Sussex, die er voor het eerst bij was.
De Duitse bondspresident Frank-Walter Steinmeier legde als tweede een krans, als teken van verzoening op de dag dat het precies honderd jaar geleden was dat de wapenstilstand inging ten teken dat de Eerste Wereldoorlog ten einde was.
Enorme dankbaarheid
Vervolgens werd een krans geplaatst namens prins Philip, waarna andere leden van de koninklijke familie – onder wie ook de prinsen William en Harry – hun kransen van klaprozen aan de voet van het monument legden. Ook Charles kwam weer aan de beurt, om namens zichzelf als prins van Wales eer te betonen aan de oorlogsslachtoffers.
“We zijn een enorme dankbaarheid verschuldigd aan degenen die letterlijk alles hebben gegeven voor onze toekomst”, zei Charles voorafgaand aan de herdenking tegen de BBC. De twee minuten stilte en de kransen waren daarvan zichtbare tekenen, aldus de prins.
De koninklijke familie was zaterdagavond al aanwezig bij het Festival of Remembrance dat veteranenorganisatie Royal British Legion elk jaar organiseert in de Royal Albert Hall. Met muziek, overdenkingen en herdenkingen werd stilgestaan bij de oorlogsslachtoffers, veteranen, hun families en nabestaanden.