LEIDEN – Het waren niet de makkelijkste verhalen die de Deense kroonprinses Mary woensdagmiddag te horen kreeg tijdens een vooraf geheim gehouden werkbezoek aan vrouwenopvang Rosa Manus in Leiden. Vier vrouwen vertelden openhartig hun persoonlijke geschiedenis, waarin geweld – fysiek of mentaal – de pijnlijke rode draad vormden.
Hartverscheurende verhalen, maar wel verhalen met een voorlopig goed einde omdat de opvang de betrokken vrouwen en hun kinderen weer op weg kon helpen. Mary moest een aantal malen slikken, en legde bemoedigend en ondersteunend haar hand op de arm van de vrouw naast haar toen zij haar relaas deed. ”Het is voor mij een voorrecht dat u uw persoonlijke verhaal met mij wilt delen”, aldus de kroonprinses aan het slot van het emotionele treffen.
Ze noemde de vrouwen dapper omdat ze naar een opvanghuis durfden te gaan als eerste stap om de controle over hun leven terug te krijgen. ”Geweldig wat u heeft gedaan”, zei Mary, die anderhalf uur in het Leidse opvanghuis doorbracht en zich daar uitvoerig liet informeren over de Nederlandse werkwijze. Die is anders dan in Denemarken, waar niet stichtingen maar de overheid blijf-van-mijn-lijf huizen en opvangcentra runt.
Mary Fonden
Met haar eigen ‘Mary Fonden’ zet de echtgenote van kroonprins Frederik zich al jaren in voor vrouwen en kinderen die slachtoffer zijn van geweld. ”Het is goed om van elkaars ervaringen te leren en die te delen”, motiveerde Mary haar werkbezoek dat samenviel met haar deelname aan de internationale conferentie over vrouwenopvang in Den Haag.
Een aantal van de zaken die ze in Leiden kreeg gepresenteerd, waren woensdagmorgen al aangestipt door koningin Máxima in een toespraak tot de conferentie. Over de openheid bijvoorbeeld, waarbij de 27 opvangcentra in Nederland zich niet meer op een geheime locatie bevinden. Ook de nazorg die in Nederland wordt geboden maakte indruk op de kroonprinses, die volop vragen stelde en ook vroeg naar het effect van de Nederlandse aanpak.