Prinses Maria Teresa wordt in Parma bijgezet

Vorsten

27/08/2021 4:31 pm

In de Basilica di Santa Maria della Steccata in Parma is vrijdagmiddag de uitvaart van de vorig jaar maart overleden prinses Maria Teresa van Bourbon-Parma. In de crypte van de kerk heeft ook Maria Teresa’s in 2010 overleden broer prins Carlos Hugo zijn laatste rustplaats. De plechtigheid is besloten en vooraf geheimgehouden teneinde aan de Italiaanse coronavoorschriften te kunnen voldoen.

Prinses Maria Teresa stierf op 86-jarige leeftijd in Parijs aan de gevolgen van een coronabesmetting. Vanwege de pandemie kon er destijds geen afscheidsdienst of plechtige uitvaart worden gehouden. Nu, zeventien maanden later, is een requiemmis en bijzetting in de basiliek van Parma wel mogelijk.

Bij de plechtigheid zijn onder meer de kinderen van prins Carlos Hugo en prinses Irene aanwezig: prins Carlos, prinses Margarita, prins Jaime en prinses Carolina. Ze worden deels vergezeld door hun partners en kinderen. Frankrijk en San Marino hebben hun ambassadeurs gestuurd en uit Spanje is een delegatie van de carlistische beweging overgekomen.

Voorbereidingen

Eerder vrijdag werden in de vijf eeuwen oude basiliek, de thuiskerk van de nog altijd bestaande ridderorden van het hertogdom Parma, de voorbereidingen getroffen voor de uitvaart. Zo staan er vlaggen opgesteld van de carlisten en is de baar versierd met een enorme kroon, als verwijzing naar de koninklijke status van het huis Bourbon-Parma.

Op de kist ligt onder meer een rode baret, het symbool van de carlistische beweging. “Maria Teresa was lange tijd nauw betrokken bij de strijd voor democratisering, sociale rechtvaardigheid en vrijheid in Spanje. In die levensmissie ondersteunde ze zowel haar eigen vader als haar broer en onze vader prins Carlos Hugo”, verklaarde prins Carlos vorig jaar.

De carlistische beweging, tegenwoordig een splintergroep in Spanje, staat een andere staatsconstructie voor van Spanje en ziet prins Carlos als rechthebbende op de troon. Het huis Bourbon-Parma bestuurde Parma en het nabijgelegen Piacenza tot de eenwording van Italië in 1860 en onderhoudt de laatste kwart eeuw weer banden met beide steden.