Koningin Mathilde woont zondag de herdenking bij ter gelegenheid van de honderdste sterfdag van de Belgische spionne Gabriëlle Petit. Die werd tijdens de Eerste Wereldoorlog op 1 april 1916 terechtgesteld door de Duitsers. ‘Ik vraag geen genade, om de mof te laten zien dat ik mijn voeten aan hem veeg’ had ze kort daarvoor geschreven op de muur van de gevangenis van Sint-Gillis.
De uit Wallonië afkomstige dienstbode, wier verloofde via Nederland naar Engeland was ontsnapt, werd door Engelsen geronseld om de Duitse troepenbewegingen op het spoor door te geven. Dat ging lange tijd goed maar begin 1916 werd ze verraden en kort daarna door een Duitse militaire rechtbank ter dood veroordeeld. Een advocaat kreeg ze niet.
Petit geldt als een verzetsheld, en koningin Mathilde is aanwezig bij de plechtige herdenking van haar dood. De koningin komt daarmee zondag wel in actie, terwijl haar man koning Filip het bijwonen van de start van de honderdste editie van de Ronde van Vlaanderen van zijn agenda moest afvoeren vanwege de terreurdreiging in België.
