BELGRADO – De Servische kroonprins Aleksandar II neemt deze week actief deel aan de herdenkingen in zijn land ter gelegenheid van de twintigste verjaardag van Operatie Storm.
Dat was een actie van Kroatische troepen in Krajina en Knin, het deels door etnische Serviërs bewoonde grensgebied van Kroatië en Servië dat de Kroaten begin augustus 1995 heroverden. Onmiddellijk daarna vond een exodus plaats van naar schatting 280.000 Kroatische Serviërs.
“Twintig jaar zijn verstreken sinds één volk voor het oog van de wereld uit zijn huizen werd verdreven. Verbannen op een wrede en harteloze manier, tegen alle menselijke, historische, ethische en juridische regels in, alleen omdat ze Serviërs waren”, aldus de kroonprins in een verklaring.
Zuivering
De etnische zuivering zoals de volksverhuizing ook wordt gezien, was het gevolg van vijandelijkheden tussen Servië en de andere toenmalige Joegoslavische deelrepublieken die zich begin jaren negentig onafhankelijk hadden verklaard. Krajina en het stadje Knin werden sinds 1991 door Joegoslavische troepen en Servische milities bezet. Ze hadden er zelfs een eigen republiek gevestigd.
Aleksandars vader koning Petar II en grootvader Aleksandar I regeerden tot de Tweede Wereldoorlog over heel Joegoslavië, inclusief Kroatië en Slovenië. Aleksandar was bij zijn geboorte in 1945 nog even op papier kroonprins van dat geheel, maar moet tegenwoordig zijn aanspraken op de troon beperken tot Servië. Vandaar dat hij bij de herdenking met een beschuldigende vinger naar Kroatië wijst en het voorafgaande geweld van Servische kant negeert.
