Erfprins Alois van Liechtenstein is langzamerhand gewend geraakt aan videobellen. Dat vertelde hij in een nieuwjaarsinterview met de Liechtensteinse radio. “Ik heb tot vorig jaar nauwelijks videoconferenties gedaan, maar nu hoort het bij de dagelijkse routine”, aldus Alois, die sinds 2004 de vorstelijke taken waarneemt voor zijn vader Hans Adam II.
Behalve de beperking van het aantal fysieke contacten is het werk sinds de coronacrisis niet heel ingrijpend veranderd. Alois (52) werkt vanuit Slot Vaduz en staat in dagelijks contact met de regering die volgens hem “zeer goed werk” heeft verricht in het moeilijke coronajaar. Het dwergstaatje Liechtenstein heeft het er relatief goed vanaf gebracht, al is het volgens Alois nog te vroeg om de balans op te maken. “Ik denk dat we nog twee of drie moeilijke jaren voor de boeg hebben.”
In het vraaggesprek kwam ook de vaccinatie tegen het coronavirus ter sprake. Alois liet weten zich zeker te zullen laten inenten, maar dat vaccineren niet verplicht kan worden gesteld. “Dat werkt niet”, zei hij. Liechtenstein volgt bij het vaccineren het voorbeeld van buurland Zwitserland, dat voorzichtig en zeer secuur te werk gaat. “Als dat land een vaccin goedkeurt dan kun je er zeker van zijn dat het goed is.”
Alois had ook een waarschuwing. Zo lang niet duidelijk is of het vaccin ook verspreiding van het virus tegengaat en hoe lang het vaccin werkzaam is, moet niemand erop rekenen dat snel weer alle grenzen opengaan en dat er volop kan worden gereisd.
