PARIJS – De graaf van Parijs en zijn echtgenote hebben donderdagavond in de kerk Saint German l’Auxerrois in Parijs de 223e sterfdag herdacht van koningin Marie Antoinette. Die werd op 16 oktober 1793 onthoofd na een proces van amper een dag. Eerder dat jaar was haar man, koning Lodewijk XVI al zijn hoofd kwijtgeraakt.
Henri, graaf van Parijs, is één van de pretendenten voor de vacante Franse troon. Zijn verre familielid Lodewijk XVI werd drie jaar na de Franse revolutie van 1789 afgezet, en tot burger ‘Philippe Egalité’ verklaart. In een kort showproces werd hij ter dood veroordeeld en op 21 januari 1793 terechtgesteld.
Zijn vrouw Marie Antoinette, dochter van het Oostenrijkse keizerspaar, en weinig geliefd bij de Franse bevolking, hoopte dat haar familie haar kon redden door het sturen van troepen om de Franse revolutionairen te verslaan. Dat maakte haar nog minder populair en bezegelde ook haar lot. Ze werd beschuldigd van het helpen van de vijand, het organiseren van orgiën, moordpartijen en nog veel meer. Maar los daarvan stond de uitslag van het proces tegen haar alvast.
De stoffelijke resten van Lodewijk XVI en Marie Antoinette werden in 1815 na de val van Napoleon en het terugkeer op de troon van het huis Orléans – via Lodewijks broer, die regeerde als Lodewijk XVIII – opgegraven en plechtig bijgezet in de koninklijke crypte in St Denis.
