GRONINGEN – Koningsdag zoekt na drie afleveringen en met een vierde op komst, nog naar de definitieve vorm. Dat bleek maandag bij de presentatie van het programma dat stad en provincie Groningen hebben bedacht voor de komende aflevering op 27 april. Twee jaar geleden zei Zwolle heel stoer dat de formule dankzij het eigen schaafwerk stond als een huis, maar Tilburg vorig jaar en Groningen dit keer, laten zien dat dit wat voorbarig was.
Koningsdag heeft de pretentie van de voorganger Koninginnedag losgelaten dat de koninklijke familie in een reeds jaren bestaand programma instapt en het feest slechts komt ‘meevieren’. Voor de komst van de Oranjes naar een stad wordt tegenwoordig een heel draaiboek bedacht, waarbij bestaande elementen hoogstens worden ingebouwd en tientallen organisaties en instellingen voorstellen mogen doen. Daarbij moeten tal punten worden afgevinkt.
De koning wil dat de uitverkoren stad de regio er nadrukkelijk bij betrekt. Dat is een soort compensatie voor het feit dat niet langer twee gemeenten worden bezocht, een kleine en een grote. De gekozen stad wil zich zo mooi, goed en voordelig mogelijk aan een zo’n groot mogelijk publiek presenteren, maar veiligheid en tijd stellen beperkingen en eisen aan de te kiezen route. De televisie heeft een belangrijke stem in het kapittel, terwijl ook moet worden gezorgd dat de eigen bevolking waar krijgt voor het miljoen euro dat gemiddeld voor het evenement wordt uitgetrokken.
Wc-pot gooien
Groningen heeft er voor gekozen de regio bij het hele programma te betrekken, zodat een aparte ‘parade’ kan worden overgeslagen. Vanwege de aardgasproblematiek is een weinig feestelijk maar daarom voor Groningen niet minder noodzakelijk en belangrijk element toegevoegd: een ontmoeting en gesprek met slachtoffers van de aardbevingen, met de burgemeester van Loppersum als gespreksleider. Dat is toch wezenlijk anders dan het wc-pot gooien waartoe Willem-Alexander in 2012 in Rhenen nog werd veroordeeld.
Groningen leidt de koninklijke familie langs de toeristische trekpleisters van de stad, met een accent op de jeugdige bevolking die zich met sport, muziek, uitbeelding van de diverse studies en start-ups gaat presenteren. Of dat voor een groter publiek ook leuk is, valt nog te bezien. In elk geval is gekozen voor minder presentaties dan vorig jaar in Tilburg, dat het gezelschap met dertien ‘hoofdstukken’ overvoerde. In Groningen zijn er maar acht halteplaatsen bedacht, zodat de rondgang minder een haastklus wordt.
Bij de evaluatie na afloop zullen ongetwijfeld weer andere elementen komen bovendrijven die bij de editie in 2019 anders of beter kunnen, zodat aan de formule nog wel enige tijd zal worden gesleuteld.