De Roemeense ‘bewaarder van de kroon’, zoals kroonprinses Margareta na het overlijden vorige maand van haar vader koning Mihai wordt aangeduid, heeft dinsdag een jaarverslag gepubliceerd om de samenleving en met name premier Mihai Tudose te overtuigen van nut en noodzaak van het koningshuis.
In het verslag geeft Margareta een opsomming van de werkzaamheden in het afgelopen jaar, waarin in Roemenië en buurland Moldavië ruim vijftig bezoeken werden afgelegd. Ook ging Margareta acht keer op bezoek in het buitenland, inclusief de viering van de tachtigste verjaardag van koning Simeon van Bulgarije en visites aan onder meer Jordanië en Turkije.
De kosten van al die activiteiten werden betaald uit een door koning Mihai opgericht fonds, zo liet Margareta weten. Dat laatste is belangrijk vanuit het oogpunt van de discussie die is ontstaan nadat de voorzitters van Senaat en Huis van Afgevaardigden begin november hadden voorgesteld om het koningshuis een officiële status te geven, inclusief materiële ondersteuning bij de jaarlijkse activiteiten.
Republiek
Premier Tudose vindt dat onzin. “We zijn een republiek, geen monarchie”, is zijn argument. Dat voor koning Mihai voorzieningen waren geschapen, was gezien de geschiedenis en zijn status als voormalig staatshoofd nog logisch, maar voor Margareta geldt dat niet. Hij voelt er ook niks voor om het Elisabeta paleis, dat de koning voor de duur van zijn leven in bruikleen had gekregen, nu gratis ter beschikking te stellen aan zijn opvolger. “Ze kunnen het huren”, aldus Tudose.
Aan Margareta, die ook een overzicht gaf van de activiteiten in de afgelopen twintig jaar – tienduizend bezoeken, 315 officiële buitenlandse bezoeken en 105 staatshoofden ontmoet – de taak hem van mening te doen veranderen of het parlement en de president achter zich te krijgen.