Koning Abdullah van Jordanië opende zondag de tweede zitting van het achttiende parlement met het uitspreken van zijn troonrede. Anders dan in Nederland, waar koning Willem-Alexander de tekst krijgt aangereikt van de premier, leest de Jordaanse koning zijn eigen toespraak voor.
In de vergaderzaal van het parlement had kroonprins Hoessein een plek gekregen op het podium. Ook andere mannelijke leden van de koninklijke familie, onder wie de van de strijd om het FIFA-voorzitterschap bekende prins Ali, zaten dicht bij de koning. Koningin Rania daarentegen zat samen met Abdullah’s moeder prinses Muna op de publieke tribune, recht tegenover haar man, aan de andere kant van de zaal.
Koning en koningin reisden niet samen naar het parlement. Abdullah werd vergezeld door de kroonprins die in tegenstelling tot zijn vader in burger gekleed was. Bij aankomst inspecteerde de koning de erewacht.
De koning, die voor zijn voordracht een autocue gebruikte, vroeg de leden van de senaat en het huis van afgevaardigden verder te werken aan de hervorming van Jordanië, ondanks de vele obstakels waar het land voor staat door de problemen in de regio. Ook wilde Abdullah aandacht voor het nationaal groeiplan dat de levensstandaard van de hele bevolking omhoog moet brengen en mensen met een laag inkomen moet beschermen.
Jordanië, zo verzekerde de koning die door het parlement regelmatig met applaus werd beloond, zal zijn historische rol als verdediger en behoeder van de heilige plaatsen van islam en christendom hoog blijven houden.