De komst van koningin Máxima sloeg woensdagmorgen in als een bom bij de leerlingen van het Hofstad Lyceum in Den Haag. Alleen rector Ruud Grundeken en docent Flemming van de Graaf wisten van haar bezoek in het kader van de zogenoemde Gender & Sexuality Alliance (GSA). Aan de leden van die groep was alleen verteld dat burgemeester Pauline Krikke zou komen.
De scholieren vonden het daarom de afgelopen dagen al gek dat hun maatschappijleraar zo zichtbaar nerveus was. “Toe meneer, maak u niet zo druk. Het is de burgemeester maar”, vertelden ze hem, zo zei Van de Graaf na afloop van de verrassende koninklijke visite. “Ik wist wel beter, maar mocht niets zeggen. Vanmorgen snapten ze het wel. ‘Wat gemeen meneer dat u het niet heeft verteld’ zeiden ze.”
De burgemeester was er overigens ook en beleefde net als koningin Máxima een leerzame ochtend waarin uit de doeken werd gedaan hoe op 900 scholen in Nederland en het Caribisch gebied anders geaarde leerlingen worden gesteund, hoe ze zelf allianties vormen en acties voeren zoals op Paarse Vrijdag. “Daaraan heeft zelfs uw dochter prinses Amalia deelgenomen”, wist COC-voorzitter Tanja Ineke. De koning had dat verteld toen hij vorig jaar haar jubilerende organisatie bezocht.
Solidariteit
Het Haagse Sorghvliet Gymnasium won vorig jaar ook de fotowedstrijd die aan Paarse Vrijdag was verbonden omdat de school van Amalia de meeste in het paars geklede scholieren en leraren wist vast te leggen. Paarse Vrijdag (8 december) is bedoeld om solidariteit te tonen met anders geaarde leerlingen en wordt door scholieren ook wel gebruikt als uitgelezen kans om uit de kast te komen, zo hoorde koningin Máxima.
Van de Graaf was dolenthousiast over het koninklijk bezoek. “Het is een enorme eer voor mijn leerlingen en een erkenning dat hun werk belangrijk is, niet alleen voor deze school maar ook voor het werk van GSA’s in de rest van Nederland.”
Hij was zelf eerder leerling op het Hofstad Lyceum en al vroeg uit de kast. “Er was wel acceptatie, maar weinig kennis. Voor acceptatie is het belangrijk dat leerlingen ook weten dat homoseksualiteit en een andere genderidentiteit bestaan.” Ook daar werkt het GSA aan. GSA wordt door scholieren zelf gevormd en krijgt steun krijgt van COC en het ministerie van Onderwijs.