Koningin Máxima heeft woensdagavond de tweede dag van haar werkbezoek aan Nigeria in haar functie als speciaal vertegenwoordiger van de Verenigde Naties afgesloten met een ontmoeting met vicepresident Yemi Osinbajo. Ook een deel van het Nigeriaanse kabinet was daarbij aanwezig.
Aan het einde van het treffen op het terrein van de Presidential Villa spraken koningin en Osinbajo kort met de media. Máxima benutte die gelegenheid om nog eens aan te geven dat Nigeria enorm potentieel heeft, maar dat heel veel werk moet worden verzet om te zorgen dat over een aantal jaren tachtig procent van de bevolking toegang heeft tot financiële basisvoorzieningen. Nu is dat nog niet de helft en in het noorden van het West-Afrikaanse land zelfs minder dan 24 procent.
De laatste jaren is sprake geweest van stilstand, stelde Máxima vast. Het nationaal plan, dat vijf jaar geleden werd gelanceerd, moet mede daarom worden aangepast en het is zaak serieus werk te maken van de mogelijkheden van mobiel bankieren. ,,In Nigeria maakt maar twee procent van de bevolking daar gebruik van, in Ghana is dat zeventig procent. Er kan dus een enorme vooruitgang worden gemaakt.” De regering moet zich echter wel committeren aan de eigen plannen en die moeten ook realistisch zijn, hield Máxima haar gehoor van bewindslieden voor. Ze vroeg om een concreet plan van aanpak.
Vicepresident Osinbajo, die als eerste het woord voerde, onderschreef het belang van betere toegankelijkheid – tot verzekeringen, sparen, leningen, simpele bankhandelingen – voor de ontwikkeling van Nigeria. Hij toonde zich dankbaar voor de komst van de koningin, die in 2012 ook al in Nigeria was. ,,Ze is hier om te zien hoe we het doen en hoe we er voorstaan.”