Hoe doet Máxima dat? – 28 november

redactievorsten

28/11/2013 6:00 am

‘Lekker weggeweest?’ Mijn gekleurde hoofd verraadt dat ik twee weken naar de zon ben geweest. Maar ‘lekker weg’ doet de reis geen recht. Twee weken lang volgde ik het koningspaar tijdens hun kennismakingsbezoek aan de voormalige Antillen. Ik keek er naar uit. Allereerst beroepsmatig, omdat ik juist tijdens dit soort langere reizen een beter beeld krijg van onze vorst. Dag in dag uit iemand kunnen bestuderen, levert meer informatie en kennis op dan het bijwonen van het doorknippen van een lint. En persoonlijk: ik snakte naar wat zonnestralen. Die heb ik gekregen. En hoe!

Op maandag 11 november vertrok ik naar de Caribische eilanden. De pers reist voor de koning uit, zodat we er zeker van zijn geen moment te missen. De KBX zien we al staan. Het regeringsvliegtuig heeft alle bagage vervoerd vanuit Nederland, het koningspaar arriveert een dag na mij op Sint Maarten, toepasselijk met een vliegtuig van de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij.

De eilanden zijn al maanden druk bezig met de voorbereidingen; het programma staat als een huis. In het boekje dat wij van de RVD hebben gekregen staat precies wat we wel en wat we niet mogen bijwonen. Ook staat erbij of het een zogenoemd poolmoment is: dat betekent dat slechts één cameraman en één fotograaf naar binnen mogen om beeldopnames te maken. Ik scan het boekje op ‘verslaggevers mogen het op gepaste afstand bijwonen’. Dat zijn mijn momenten, daar moet ik het van hebben. En gelukkig, het zijn er voldoende om later in totaal vijfduizend (5000!) woorden over te kunnen schrijven. Een koning wacht niet, men wacht op de koning. En dus gaat de wekker vroeg, zodat we zeker een uur voor de komst van het koningspaar in het persvak staan – dat geeft de organisatie lucht. Het is heet in de volle zon en de straaltjes zweet lopen van ons af. Probeer er dan maar eens netjes uit te zien. Dat is geen makkelijk opgave. Zelfs het dunste katoen voelt verstikkend en mijn lijf protesteert hevig. Iedere dag zwel ik een beetje meer op, zodat ik er aan het einde van de reis als een oververhit beertje uitzie. De oplossing is al minder charmant dan de straaltjes die ik net beschreef. Dikke steunkousen gaan de ergste vochtophopingen tegen.. Charmant is het niet, maar het werkt wel. Een paar keer per dag vraag ik me hardop af: hoe doet koningin Máxima dit? Waarom heeft zij geen glimmend gezicht, plakkerige haren door de tropische bries, dikke enkels van het vocht en andere zaken die wijzen op het Antilliaanse klimaat? Natuurlijk staat zij niet in een oververhit persvak en wordt zij grotendeels van airconditioning naar aircondioting gereden, maar zelfs dan! Het programma voorziet ook in een wandeling van een uur door de volkswijk Otrabanda en nadat ze honderden handjes heeft geschud is ze nog net zo oogverblindend als bij aanvang.

justine2

In de persvakken hebben we wel veel lol. Het is doorgaans hetzelfde clubje pers dat verslag doet van dit soort reizen, en terwijl we wachten in een persvak of in een persbus zitten, maken we grappen en vertellen we elkaar anekdotes. Wanneer we wachtend op Curaçao een man met twee leguanen ontdekken, gaan we om de beurt op de foto met deze dieren. Althans zij die durven. En als we in een persvak opgezweept worden door het ritme van het eiland, kan ik het niet laten om heel even – buiten het zicht van de koning – een dansje te wagen met een collega. Maar zonder ook maar een koninklijk moment te missen, want werk gaat altijd voor!

Het koningspaar maakt lange dagen, en wij dus ook. We zijn een uur eerder dan het koningspaar op de afgesproken locatie, maar zijn ook als laatsten weg: we willen het paar zien aankomen en ook weer zien vertrekken. Ik heb niet 6000 kilometer gevlogen om ook maar een moment van het bezoek te missen. Het werk bestaat letterlijk uit hollen (van locatie naar locatie) en stilstaan (wachten op koningspaar). Maar we hebben het goed! Op Facebook zie ik dat de eerste Nederlanders al het ijs van de ruiten krabben, terwijl wij de kokosnoten zien rijpen.
justine

Wanneer we ’s avonds laat het hotel inrollen, tik ik mijn aantekeningen uit. Zij vormen straks de bouwstenen voor het verhaal. Het is juist dat wat ik met eigen ogen zie wat een verhaal kan verbeteren. Zo ben ik er als enige bij als de koning spontaan begint te zingen. Ja echt! Het was een van de leuke momenten waarop ik de koning zag zoals ik hem ken: spontaan en met humor. Waarom hij zong en wat hij zong, staat straks in mijn tweede verhaal in Vorsten!

Het programmaboekje meldt dat zondag 17 november een rustdag is voor het koningspaar. Die rustdag kan ik me niet permitteren. Vorsten moet naar de drukker: mijn eerste verhaal over Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius moet af. Ik zet mijn wekker en met een kop koffie naast me, tik ik het verslag van het bezoek aan de eerste drie eilanden. De wifi-verbinding is slecht. Het kost me drie kwartier om de pdf van de cover te openen en goed te keuren. Gelukkig kan ik volledig op het team dat in Nederland zit, vertrouwen. Ik weet dat eindredacteur Désirée met een stofkam door de tekst gaat en dat de vormgevers stoeien om een evenwichtige verdeling te krijgen tussen beeld en tekst en het artikel een Vorsten-uitstraling te geven. Redacteur Rick heeft alle foto’s al geselecteerd en Jos zorgt ervoor dat ze in hoge resolutie gedownload worden zodat ze in het blad geplaatst kunnen worden. Kon ik ze maar wat zonnestralen sturen.

Na bijna twee weken, zes eilanden, tien vluchten en vier hotels zit voor deze verslaggever de klus erop. Nou ja, bijna: in Nederland werk ik het tweede verhaal uit en selecteer ik zelf de foto’s. Maar ik ben weer thuis! Thuis bij mijn kinderen, maar ook thuis bij mijn collega’s. ‘Hoe was het?’, is hun eerste vraag wanneer ik met jetlag de redactievloer op bulder met ‘Bon Dia’. Het was druk, maar dat hoef ik hen niet te vertellen, ze zien het en weten het. ‘Hoe was het hier?’ Ook druk, ik weet het. Wat hebben we veel werk verzet. Moe maar zeer voldaan. We hebben niet alleen gewerkt aan een extra dikke Vorsten, we hebben voor het eerst een jaaroverzicht van 196 (!) pagina’s gemaakt met bijna vijfhonderd foto’s, we hebben een nieuwe website en zelfs een app gelanceerd! Daar zou je het zelfs in het koude Nederland tropisch warm van krijgen. Maar wat hebben we allemaal een pracht van een baan! We maken ons weer op voor de orde van de dag, want over vier weken ligt er natuurlijk weer een nieuwe Vorsten in de winkel. Ik sluit het hoofdstuk Antillen af, op naar de viering van 200 jaar Koninkrijk!