Koningin Máxima is na een druk bezette dag in Kopenhagen teruggevlogen naar Nederland. Daar heeft ze donderdag weer een afspraak in Utrecht. “Het was een vol programma”, zei de koningin bij vertrek uit het Bella Center, de Deense variant van de RAI.
In het congrescentrum wordt sinds maandag de vierde editie van de internationale vrouwenconferentie Women Deliver gehouden. Uit alle hoeken van de wereld zijn 5000 mensen bijeen om te praten over zaken als vrouwenrechten, gezondheid van vrouwen, betere participatie van vrouwen in de maatschappij, een einde aan kindhuwelijken, en in het geval van Máxima: toegankelijkheid tot financiële diensten.
Máxima was niet de enige ‘royal’ onder de congresgangers. De Deense kroonprinses Mary is beschermvrouw en in Denemarken stuwende kracht van het evenement. Haar man kroonprins Frederik woonde een aantal bijeenkomsten bij, en eerder in de week waren ook prinses Benedikte en het Noorse kroonprinselijk paar Haakon en Mette-Marit aanwezig. Máxima’s schoonzus prinses Mabel is evenals Mary bijzonder actief, ook achter de schermen.
Achterstand
“Het is geweldig dat zo veel mogelijk mensen zich inzetten om de situatie van meisjes en vrouwen in de wereld te verbeteren”, vond Máxima van de ruime koninklijke belangstelling voor de wereldconferentie. Er is namelijk nog veel te doen. “Het gezicht van de armoede is het gezicht van een vrouw”, zei de koningin. Of, zoals het tijdens het congres ook werd gezegd: verbeter de wereld, begin bij een vrouw.
Een economie die vrouwen buitensluit kan nooit zijn volle potentieel halen, zei Wereldbank-president Jim Yong Kim tijdens een paneldiscussie met de koningin. Maar als die toegang tot de werkplaats er is, moeten vrouwen ook toegang hebben tot geld en financiële diensten.
“Vrouwen hebben op dat gebied wereldwijd een achterstand op mannen. Ze mogen geen rekening openen, mogen het huis niet uit, of de bank is twee dagen lopen van huis. Ze hebben geen (recht op) ID-kaart, of geen mobiele telefoon”, gaf Máxima een opsomming van obstakels die in wet-en regelgeving, maar ook in cultuur en traditie moeten worden weggeruimd om tegen 2020 iedereen toegang te geven tot bankdiensten.
