Tijdens een bespreking met de voorzitters van de Jordaanse Senaat en het Huis van Afgevaardigden zei koning Abdullah maandagavond dat het de plicht van zijn land is om de Palestijnen te blijven steunen. De 62-jarige vorst zou daarbij geen waarde hechten aan “wantrouwen uit bepaalde hoeken”, meldt staatspersbureau Petra.
Volgens Abdullah omvat de steun diplomatieke inspanningen, maar ook het onder meer blijven voortzetten van de droppings boven de Gazastrook. Sinds de oorlog op 7 oktober begon, heeft het land meerdere van die luchtoperaties uitgevoerd om medische hulppakketten en voedsel bij de eigen veldhospitalen en de burgerbevolking te krijgen.
Ook noemde de koning in zijn toespraak de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen (UNRWA). Het gedeeltelijk of helemaal wegvallen van (financiële) steun aan UNRWA zou “nadelige gevolgen kunnen hebben voor Gaza, de Westelijke Jordaanoever en Jordanië”. UNRWA kwam in opspraak na beschuldigingen van Israël dat enkele tientallen medewerkers bij de inval van Hamas in Israël op 7 oktober betrokken zouden zijn geweest. Als reactie daarop schortten enkele landen, waaronder ook Nederland, hun steun op.