TIRANA – Kroonprins Leka II van Albanië heeft donderdag samen met zijn verloofde Elia Zaharia bloemen gelegd op het graf van zijn grootmoeder koningin Géraldine. Ze deden dat in het koninklijk mausoleum in Tirana. Donderdag is het honderd jaar geleden dat Géraldine, echtgenote van Albanië’s laatste en enige koning Zog I, werd geboren.
De Hongaarse Géraldine Apponyi trouwde in april 1938 met Zog die zichzelf in 1928 had uitgeroepen tot koning van de Albanezen. Ze had hem enkele maanden eerder voor het eerst ontmoet. Op 5 april 1939 kreeg het echtpaar een zoon, kroonprins Leka I.
Het familiegeluk was van korte duur want twee dagen later moest de koninklijke familie vluchten voor een inval van Mussolini’s Italië. Na de Tweede Wereldoorlog namen communisten de macht over in het Balkanland dat daarna hermetisch op slot ging. Zog overleed in ballingschap en zijn zoon nam de aanspraken op de troon over.
Gedenkteken
Géraldine, bekend als de ‘witte roos van Hongarije’ en ‘moeder van de Albanezen’. keerde in 2002 op verzoek van het Albanese parlement terug naar Albanië, waar ze nog geen jaar had gewoond. Vijf maanden na haar ’thuiskomst’ overleed ze.
De koningin werd enkele jaren geleden tijdens een staatsbegrafenis bijgezet in een nieuw koninklijk mausoleum nadat de stoffelijke resten van Zog I ook naar Albanië waren overgebracht. Haar kleinzoon Leka II probeert door het koninklijk verleden onder de aandacht te brengen, de Albanese bevolking te bewegen voor herstel van de monarchie te kiezen.
Donderdagavond is er in Tirana nog een mis voor Géraldine en ook in kasteel Apponyi in Oponice in Slowakije is een herdenking en wordt een gedenkteken onthuld.