Kroonprins Aleksandar II van Servië en zijn vrouw Katherine hebben vrijdag diep bedroefd kennis genomen van het overlijden van de leider van de Servisch-orthodoxe kerk in buurland Montenegro, metropoliet Amfilohije. “Ik herinner me onze talloze gesprekken en de wijze raad die hij mijn familie en ik heeft gegeven. Het overlijden van de metropoliet is een groot verlies”, aldus kroonprins Aleksandar.
Amfilohije overleed vrijdagmorgen op 82-jarige leeftijd in een ziekenhuis in Podgorica na een drie weken durend gevecht tegen het coronavirus, zo maakte de Servisch-orthodoxe kerk bekend. De kerkleider van ‘Montenegro en de kust’ leidde eerder dit jaar het massale en soms gewelddadige verzet tegen een nieuwe wet waardoor de Servisch-orthodoxe kerk veel bezittingen en onroerend goed dreigde kwijt te raken.
De wet voorziet in de confiscatie van bezittingen van religieuze gemeenschappen die niet kunnen bewijzen dat zij hun eigendom bezaten vóór 1918, toen het koninkrijk Montenegro werd samengevoegd met het koninkrijk van Serviërs, Kroaten en Slovenen – het latere Joegoslavië. Amfilohije voorzag dat de in zijn ogen afvallige othodoxe kerk van Montenegro de bezittingen – kerken en kloosters bijvoorbeeld – zou krijgen.
Onafhankelijkheid
Montenegro maakte zich pas in 2006 weer los uit de gedwongen unie met Joegoslavië, dat op dat moment alleen nog uit Servië bestond. In het onafhankelijkheidsreferendum stemde 55,5 procent voor, net genoeg om het resultaat van de volksraadpleging geldig te kunnen verklaren. De voorstemmers waren inwoners die zich als Montenegrijnen beschouwen, de tegenstanders identificeerden zich vooral als Serviërs en vinden dat er ook geen onderscheid is.
Toen het onafhankelijke Montenegro een eigen zelfstandige orthodoxe kerk wenste, kwam er van de kant van Amfilohije en de Servisch-orthodoxe kerk veel verzet en beide partijen staan nog altijd tegenover elkaar. De uitgesproken condoleances van de Servische kroonprins Aleksandar zijn in dat opzicht ook pikant, maar passen in een patroon waarin hij steeds de Servisch-nationalistische kant kiest in geschillen met de vroeger in Joegoslavië verenigde buurlanden, zoals Kosovo en nu dus Montenegro.