Laatste keer auto op Prinsjesdag was in 1974

Vorsten

14/07/2020 4:28 pm

Voor het eerst in 46 jaar rijdt er dit jaar op Prinsjesdag geen koets van het paleis naar de Verenigde Vergadering van de Staten-Generaal. Koning Willem-Alexander pakt de auto om naar de Grote- of St Jacobskerk te rijden, waar Eerste- en Tweede Kamer dit keer bijeenkomen omdat er meer ruimte is om de gewenste anderhalve meter fysieke afstand te bewaren.

De laatste keer dat het staatshoofd op de derde dinsdag van september de koets in de Koninklijke Stallen liet staan was in 1974. Koningin Juliana en prins Bernhard moesten per auto naar de Ridderzaal omdat bij de Franse ambassade al enkele dagen een gijzeling bezig was door het zogenoemde Japanse Rode Leger. De gijzelnemers kregen op de avond van Prinsjesdag toestemming om met een uit Frankrijk ingevlogen Boeing naar Aden in Zuid-Jemen te vertrekken.

Koningin Juliana gebruikte verder tijdens haar regeerperiode (1948-1980) altijd de Gouden Koets. Dat gold ook voor koningin Beatrix (1980-2013), terwijl haar zoon koning Willem-Alexander inmiddels al twee verschillende koetsen heeft gebruikt. Sinds 2016 is namelijk de Glazen Koets in gebruik omdat de Gouden Koets wordt gerenoveerd. Deze zou volgend jaar klaar kunnen zijn, maar of de koning het rijtuig dan ook weer gaat gebruiken, staat niet vast.

De Gouden Koets bevat namelijk een zijpaneel waaraan vanwege de daarop afgebeelde en als racistisch geziene ‘hulde van de koloniën’ veel mensen aanstoot nemen. In de afgelopen jaren zijn daarom ook in de Tweede Kamer al stemmen opgegaan om de Gouden Koets niet meer te laten uitrijden maar in een museum te parkeren.

“In de koloniale tijd en de nadagen van de slavernij leek een dergelijke afbeelding heel gewoon. Nu herinnert het ons aan een gruwelijke periode in de Nederlandse geschiedenis”, aldus SP-Kamerlid Harry van Bommel in 2011. Gezien de recente antiracisme betogingen en ‘Black lives matter’ zijn die sentimenten alleen maar sterker geworden en zou het gebruik van de Gouden Koets alleen al uit het oogpunt van openbare orde een probleem kunnen zijn.