Het wonderlijke leven van een Thaise prinses

redactievorsten

23/05/2020 8:00 am

Wat doe je als je al het geld en aanzien van de wereld hebt en je bent de oogappel van de koning van Thailand? Dan doe je precies waar je zin in hebt, en daar word je nog voor geprezen ook.

Prinses Sirivannavari Nariratana (33) van Thailand heeft het niet slecht voor elkaar. Dat is dan wel bij de gratie van haar vader koning Vajiralongkorn, want dat ze een goede band met hem heeft is niet vanzelfsprekend. Van haar zes broers en zussen zijn er immers vier niet welkom op het paleis in Bangkok. Alleen zij, halfzus Bajrakitiyabha (41) en halfbroertje Dipangkorn (14) leven een luxe leven aan het Hof. Sirivannavari is niet alleen geboren met een gouden lepel in de mond, in haar dagelijks leven kijkt ze letterlijk op haar landgenoten neer: het protocol vereist dat iedereen buiten de familie voor haar knielt. Dat levert voor westerse ogen wonderlijke beelden op. Zelfs bij minder officiële ontmoetingen gaan de Thai op de knieën, en soms gaan ze zelfs bijna languit aan haar voeten liggen. Sirivannavari ondergaat het gelaten, een beetje stoïcijns haast. Tijdens interviews – Sirivannavari is bepaald niet mediaschuw – kijkt de journalist steevast vanaf de vloer op naar de prinses die op een stoel of bankjezit, en vraagt met veel omhaal of de prinses toestemming geeft voor een gesprek in ‘normale’ woorden. Sirivannavari verleent deze gunst met een knikje, waarna ze van gereserveerde prinses verandert in de uitgelaten en energieke mode-ontwerpster die ze eigenlijk het liefste is.

Grootmoeder Sirikit als idool

Sirivannavari is geen doorsnee 33-jarige. Ze wordt door haar omgeving zonder uitzondering omschreven als vriendelijk, vol genade, een doorzetter, enorm bevlogen, prijswinnend sportief en uitzonderlijk creatief. Vooral dat laatste is haar handelsmerk, al sinds 2005 staat ze aan het hoofd van haar eigen kledinglijn, Sirivannavari Bangkok. Haar liefde voor mode staat, samen met sporten en haar dieren, in haar persoonlijke top 3. Waar haar vader in zijn jonge jaren de indruk van een verwende playboy wekt, werkt Sirivannavari bewust aan een andere reputatie: een keiharde werker met oneindig veel talenten, hoewel ze die met name lijkt in te zetten voor zichzelf. Feit is dat inderdaad ze van veel markten thuis is. In haar prijzenkast hangen medailles die ze won toen ze voor haar land uitkwam voor badmintoncompetities. Ze rijdt verdienstelijk paard, waarbij ze uitblinkt in springen en dressuur. Ze heeft ervaring als coach en instructeur op nationaal niveau in de paardensport. In haar kraakheldere witte stallen in Bangkok staat een aanzienlijke verzameling prachtige paarden die door dubbel zoveel personeel wordt verzorgd.

Passie voor ontwerpen

Maar waar ze zelf het meest trots op is, is die carrière in de mode. Al van jongs af aan is Sirivannavari erg creatief, school ziet ze als noodzakelijk kwaad. Van rekenen raakt ze in paniek en haar favoriete vak is ‘pauze’. Wel brengt ze veel tijd door bij haar kunstdocent, met wie ze zich verdiept in traditionele Thaise kunst. En hoewel haar vader liever ziet dat ze haar horizon verbreedt in het buitenland, gaat ze toegepaste kunst studeren aan een universiteit in Bangkok. Haar vader vindt het uiteindelijk prima, zolang ze haar best maar doet. ‘Mijn vader zegt altijd: leer en ken alles, en ken het heel goed.’

Lekker lezen met Vorsten

Meer koninklijke verhalen lezen? Bestel de nieuwe Vorsten zonder verzendkosten

Grote afwezige

Haar vader, zo lijkt het, speelt een grote rol in haar jeugd. Op foto’s zien we de jonge Sirivannavari bij hem op schoot, dansend in zijn armen en met Mickey Mouse-ballonnen in Disneyland. ‘Mijn vader spoorde me altijd aan om meer te doen. Ga op ballet, ga pianospelen zoals je oma. Ga hardlopen. Ik was een mollig kind, dus sporten kon geen kwaad. Maar ik at liever.’ Ze had een drukke jeugd. ‘Ik moest het sporten combineren met bijlessen, omdat we regelmatig op reis waren voor koninklijke verplichtingen.’ Om een beetje met twee voeten op de grond te blijven staan, laat haar vader de jonge Sirivannavari spelen met de kinderen van bedienden. Er was op dat moment geen verschil in status, vertelt ze: ‘Met sommigen van hen ben ik nog steeds bevriend’. Grote afwezige in haar verhaal over haar jeugd is haar moeder Sujarinee, een actrice met wie haar vader vier oudere broers kreeg. Als Sirivannavari nog geen tien jaar oud is, neemt haar moeder haar kinderen mee naar Engeland. Haar broers claimen te zijn verbannen door hun vader, in Thailand spreken ze van een vlucht omdat Sujarinee zou zijn vreemdgegaan. Sirivannavari keert als enige van het gezin terug naar Thailand, de wil van vader Vajiralongkorn is wet. Haar leven op het paleis betekent ook een leven met haar geprezen grootouders koning Bhumibol en koningin Sirikit. Haar grootvader volgt haar badmintoncarrière op de voet en voorziet haar van boeddhistische levenslessen, haar grootmoeder is haar grote creatieve inspiratiebron. ‘Mijn grootmoeder is mijn grootste idool’, prijst Sirivannavari. Sirikit studeerde als tiener aan het conservatorium in Parijs en drukte in haar tijd als koningin een flinke stempel op de Thaise modewereld. Ze was goed bevriend met de Franse modeontwerper Pierre Balmain. Van die vriendschap plukt Sirivannavari de vruchten als ze haar vervolg opleiding doet aan de Parijse Ecole de la Chambre Syndicale, waar onder anderen Karl Lagerfeld, Yves Saint Laurent en Issey Miyake afstudeerden. Balmain nodigt haar uit om haar collectie, geïnspireerd op haar grootmoeder, in Parijs te presenteren. De productiekosten worden gedekt door haar vader, waardoor de beginnend ontwerper een behoorlijk spectaculaire modeshow kan neerzetten. Pappa Vajiralongkorn en zijn derde vrouw Srirasmi zitten front row.

Met grote zus Bajrakitiyabha en vader Vajiralongkorn naar Disneyland.

Sirivannavari herinnert zich haar studie in Parijs als een enorme uitdaging. Ineens moest ze zich echt bewijzen en haar status als prinses loslaten. Van de jonge ongemotiveerde Sirivannavari is in Parijs geen spoor meer te bekennen, doorzettingsvermogen is vanaf dan haar nieuwe mantra. Het Thaise ontwerpteam van haar modelijn prijst haar om de lange dagen die ze maakt. Ze doet volgens haar mede werkers in één dag waar anderen een week over doen, en het wordt door hen zeer gewaardeerd dat ze de mening van haar personeel ‘overweegt’. Sirivannavari is overigens niet alleen een ontwerptalent, ze is ook een begenadigd schilder, dichter en muzikant. Voor haar modeshows componeert ze zelf de muziek, uitgevoerd door het Nationaal Orkest van Thailand. Tijdens de zware omstandigheden van vijf dagen Kenia – stoffig, geen telefoonsignaal – komt haar gevoel voor documentairefotografie tot z’n recht. In april 2019 exposeert ze het resultaat tijdens haar tweede fototentoonstelling, de Bangkok Post spreekt van een ‘wonderbaarlijk talent’. ’Ik ben een kunstenaar, niet alleen een ontwerper’, verklaart Sirivannavari.

Ongedwongen houding

Het societyleven in Parijs bevalt Sirivannavari uitstekend en ze is dan ook een vast gezicht van Paris Fashion week. Met haar kin iets geheven poseert ze steevast in Dior of Chanel voor de modefotografen. In haar eigen land kunnen de Thaise glossy’s geen genoeg van de modeprinses krijgen en siert ze de covers als een professioneel fotomodel. Een contrast met haar keurige verschijning als ze als prinses aan het werk is. ‘Mode is mijn carrière, maar ik heb ook nog andere verplichtingen. Ik zal nooit mijn verantwoordelijkheden verwaarlozen als prinses, waarbij ik mijn volk dien. Ik zal nooit vergeten wat mijn grootouders en mijn vader me hebben geleerd: je kunt niet kiezen waar je geboren wordt, maar we kunnen wel kiezen voor een evenwichtig en goed leven.’ Ze neemt haar ongedwongen Parijse houding mee naar het keurige Thaise Hof. Tijdens de inhuldiging van haar vader staat ze al filmend met haar telefoon uitbundig te zwaaien naar de bevolking. Op een achter de schermen-foto laat zien hoe ze tussen al het ceremonieel loopt te grappen met haar broertje. Tijdens een uiterst officiële ceremonie knielt ze netjes voor haar vader en voor een groep boeddhistische monniken, maar bij vertrek geeft ze een bediende een ferme vriendschappelijke klap op z’n arm en tikt ze een andere tegen z’n royale buik. Allemaal leuk en aardig, maar de modewereld is haar thuis. ‘Als royal moet ik ook een carrière hebben, om te weten hoe ik mezelf onderhoud. Ik moet op m’n eigen benen kunnen staan. Ik ben ook een gewoon persoon.’

Of ze nou zwaait naar haar volk of de lezers van Vogue Thailand haar huis laat zien, Sirivannavari komt over als zelfverzekerd en vastberaden. Maar ze lijkt met haar hoofd ook altijd bij de volgende uitdaging te zijn. Ontevreden, een beetje eenzaam zelfs. Wellicht ook niet zo gek, als je beseft dat ze een onaantastbare positie heeft. Haar gezelschap loopt altijd een stap achter haar. Alles wat ze produceert, wordt als water in de woestijn ontvangen. Ze claimt als ieder ander te zijn, maar op foto’s met haar ontwerpteam zit zij op een stoel, de rest op de grond. Kritiek op haar persoon of op de dingen die ze doet, wordt opgevat als kritiek op haar vader en de monarchie. Men kijkt wel uit; een Thaise presentatrice werd door landgenoten aangeklaagd voor majesteitsschennis wegens kritiek op een jurk van Sirivannavari’s hand. Als kritiek haar omgeving zo duur komt te staan, wie is er dan nog eerlijk tegen haar? En wat doet dat voor haar zelfbeeld? Zelf zegt ze dat ze heeft geleerd hoe het is om te verliezen. Ze wil ook dat haar kledinglijn slaagt omdat mensen haar ontwerpen echt mooi vinden. En als dat niet gebeurt, heeft ze van haar grootvader geleerd dat je net zo lang verliest tot je er sterker uit komt. ‘Wie zegt dat prinsessen niet lijden? Een prinses lijdt ook, maar het moet wel ten goede zijn. ‘