Voor koning Maleisië begint het werk nu pas

Vorsten

28/07/2019 12:47 pm

De nieuwe koning van Maleisië, sultan Abdullah, kijkt uit naar zijn plechtige installatie dinsdag, maar is tegelijkertijd blij als de ceremonie achter de rug is. Hij wil namelijk aan het werk en er is al genoeg tijd verstreken sinds zijn onverwachte ambtsaanvaarding eind januari.

Dat vertelde sultan Abdullah in een serie vraaggesprekken met Maleisische media aan de vooravond van de plechtigheid in Istana Negara, het immense nationaal paleis in Kuala Lumpur. “Dit gebouw is veel te groot voor mij. Ik kan maar moeilijk wennen en ik mis mijn eigen bed en sportzaal, aldus de openhartige sultan.

Dat hij de media uitgebreid te woord stond, samen met zijn echtgenote Azizah, was bijzonder. Volgens het Maleisische persbureau Bernama was dat sinds mensenheugenis niet meer gebeurd. “Ik heb mijn hele leven al met media te maken gehad. Ik ben deels door de media gevormd”, zei Abdullah, die op vijftienjarige leeftijd in de schijnwerpers kwam te staan toen hij in de deelstaat Pahang regent werd omdat zijn vader aan de beurt was voor het om de vijf jaar roulerende koningschap van Maleisië.

Leerproces

Abdullah, die dinsdag ook zijn 60e verjaardag viert, had er geen rekening mee gehouden dat hij nu zelf op de troon zou komen. “De meeste mensen denken op die leeftijd aan hun pensioen, voor mij begint het werk pas.” In januari trad de pas twee jaar regerende sultan Muhammad V plotseling af, en toen kwam alles in een stroomversnelling omdat Pahang andermaal aan de beurt was voor het koningschap.

Abdullah’s vader was echter te oud en zwak. Dat was reden om in de deelstaat ook een troonswisseling te laten plaatsvinden waardoor Abdullah twee weken kon worden gekozen als de nieuwe, zestiende Yang di-Pertuan Agong.

Het koningschap is nog een leerproces aldus Abdullah, die zei veel op te steken van zijn wekelijks gesprek met minister-president Mahithir Mohamad. Voor zijn vijfjarige ambtstermijn hoopte Abdullah vooral de eenheid en vrede onder de Maleisiërs, ongeacht afkomst of godsdienst, te kunnen bewaren.